Basel III: Gevaar of kans voor bedrijven en ondernemers?

Exact veertig jaar geleden werd in Basel het sterrenvehikel ‘The Cassandra Crossing’ opgenomen met o.a. Sophia Loren, Richard Harris, Burt Lancaster, Martin Sheen en Ava Gardner. Deze sterrenparade mocht niet baten, de rampenfilm werd onder critici en bij de kassa een flop. Eenzelfde scenario dreigt voor het zogenaamde Basel III-akkoord als we een allstar cast van handelshuizen, banken, beurzen en andere grote spelers moeten geloven. Zij stellen dat de nieuwe regels voor banken een soepele werking van het financiële systeem in de weg staan en dat de invoering van het raamwerk zal uitdraaien op een echec. Het valt niet te hopen dat we Basel III over een aantal jaar op nog een andere manier aan het Hollywood fiasco uit 1976 kunnen koppelen: Cassandra voorspelde onheil, maar niemand geloofde haar, ook al kwamen haar profetieën uit, zoals de val van Troje.

Door Bram ReichweinLiggen voor uw bedrijf of voor u als ondernemer grote risico’s op de loer als Basel III is ingevoerd of zijn doemaankondigingen overdreven? In deze eerste van een trilogie maken we u bekend in de Basel-wereld zodat u bekend bent met de nieuwe regelgeving als uw bank er (weer) over begint. In de volgende delen komen de impact op het financieringsklimaat en de gevolgen voor bedrijven en ondernemers aan de orde. Net als reguliere ondernemingen hebben banken kapitaal (eigen vermogen) nodig om onverwachte verliezen op te vangen. In 1988 werden in de vorm van Basel I uniforme regels ingevoerd voor deze buffers. Banken moesten minimaal 8% van hun risico gewogen activa (risk weighted assets, RWA) aan eigen vermogen aanhouden, waarvan 4% kapitaal van de hoogste kwaliteit (Tier-1 kapitaal). De RWA wordt berekend door toekenning van een risicofactor aan elke bezitting op de  bankbalans en door vervolgens alle activa te vermenigvuldigen met hun standaard risicogewicht. De bepaling van de RWA was direct een belangrijk kritiekpunt op Basel I, omdat de methode banken zou aanmoedigen teveel risicovolle bezittingen op de balans te nemen.Deze kritiek was mede aanleiding voor een vervolg: het Basel II-akkoord in 2008. Dit zou het aangehouden kapitaal meer in lijn moeten brengen met de daadwerkelijke risico’s. De minimale kapitaaleis van 8% bleef wel ongewijzigd. De kredietcrisis maakte duidelijk dat ook Basel II tekortschoot.Drie pijlersIn november 2010 werd daarom de tweede sequal gepresenteerd met de welluidende titel Basel III. Dit akkoord moet een nieuwe bankencrisis voorkomen. De invoer van de nieuwe eisen gaat gefaseerd en banken beginnen nu pas echt de gevolgen te merken. Basel III kan ruwweg in drie delen opgesplitst worden. Ten eerste zijn kapitaaleisen strenger en hoger. Zo zijn de regels aangescherpt voor wat als Tier 1-kapitaal aangemerkt mag worden en is het minimum Tier 1-kapitaal voortaan 6% in plaats van 4%. Daarnaast moeten banken vanaf dit jaar tot 2019 gefaseerd een extra buffer opbouwen van 2,5% (de capital conservation buffer). Deze mag in crisisjaren aangesproken worden, maar dan zijn dividend- en bonusuitkeringen niet toegestaan. Toezichthouders mogen verder vanaf 2019 een anticyclische kapitaalbuffer eisen van maximaal 2,5% die ingezet kan worden om excessieve kredietgroei te voorkomen en ze mogen nog een extra buffer eisen van banken die bij falen het gehele financiële systeem in gevaar brengen (systeembanken). Waar banken momenteel 8% over hun RWA moeten aanhouden, zorgen deze nieuwe regels voor een verhoging naar 13,5%-16%.Het blijft niet bij een verhoging van deze buffers. Banken moeten voortaan ook voldoen aan een minimale leverage ratio van 3%. Dit is een additionele kapitaaleis die ervoor zorgt dat het Tier 1-kapitaal minimaal 3% van de totale activa moet bedragen. Zonder deze eis konden banken voorheen in theorie oneindig financieringen verstrekken mits deze maar een laag risicoprofiel hadden. Daar komt verandering in. Deze leverage ratio heeft o.a. impact op hoe banken zullen omgaan met saldo- en rentecompensabele stelsels waarvan veel bedrijven momenteel gebruik maken. Banken mogen namelijk niet de positieve en negatieve saldi in een stelsel salderen, waardoor het stelsel harder op de leverage ratio gaat drukken.De derde pijler van Basel III wordt gevormd door liquiditeitseisen. Zo krijgen de banken te maken met de liquidity coverage ratio (LCR) en de net stable funding ratio (NSFR). De LCR moet ervoor zorgen dat banken een maandlange uitstroom van kapitaal kunnen opvangen. Het doel van de NSFR is dat mismatch tussen de looptijd van de activa en passiva kleiner wordt, en hiermee ook het liquiditeitsrisico. Voor financieringen aan het bedrijfsleven heeft dit een tweeledige impact. Enerzijds zullen de financieringscommitments van banken over het algemeen korter worden, aangezien voor langlopende financieringen een bank lang kapitaal (=duur) moet aanhouden. Dit zorgt ervoor dat uw (her)financieringsrisico groter wordt. Anderzijds zullen banken de rentetypische en financieringslooptijd meer met elkaar in balans brengen. Bij wat langere financieringslooptijden nemen dus ook de rentecommitments toe. Dit kan u beperken in flexibiliteit, bijvoorbeeld wanneer u vervroegd wilt aflossen of herfinancieren.Saai maar essentieel Het Baselgebazel vormt zeker geen voer voor een Hollywood blockbuster, maar heeft wel degelijk impact op uw financieringsscript. In de komende artikelen leggen we uit wat Basel III voor u betekent in de praktijk: in hoeverre verandert het financieringslandschap en wat voor impact heeft dit op uw financiering en uw bedrijf? Wij hopen dat u hiermee de regie houdt over uw financieringen!  Bram Reichwein is Senior Consultant Strategic Finance van ICC Consultants, een advieskantoor op het gebied van Finance en Risk Management voor het midden- en grootbedrijf.