“CFO moet af en toe pitstop maken”

Hij werkte als mental coach van Olympische teams en stond topsporters als Kim Clijsters, Philippe Gilbert en André Greipel bij. Tegenwoordig deelt Koen Gonnissen zijn adviezen met het bedrijfsleven.

Gonnissen is spreker tijdens CFO Day 2017 op de masterclass van Agium Finance & Control. Robbert van Adrichem, directeur van Agium, ging met hem in gesprek.

Na een jarenlange carrière als topsportcoach maakte Koen Gonnissen geruime tijd geleden de overstap naar het bedrijfsleven. Als partner bij het Mentally Fit Institute, begeleidt hij al meer dan twintig jaar teams en boards in het bedrijfsleven. Ook geeft Gonnissen les aan verschillende universiteiten, waaronder Nyenrode en INSEAD.

Al heel lang had de Belgische coach het gevoel dat er belangrijke parallellen zijn tussen topsport en bedrijfsleven. Natuurlijk, verschillen zijn er ook: “Een voetballer piekt twee keer per week 90 minuten, dat is in het bedrijfsleven heel anders. Een gemiddelde carrière in de bedrijfswereld duurt veel langer.” Maar verder kunnen bedrijven veel opsteken van topsporters, zegt Gonnissen.

Wat is het belangrijkste dat bedrijven kunnen leren van sport?
“Wat ze zeker wél kunnen opsteken van sport is leren winnen en verliezen. Uit onderzoek is gebleken dat kinderen die op jonge leeftijd al op niveau gesport hebben, over meer veerkracht en agility beschikken. Ze staan makkelijker op na tegenslag en zijn proactief in plaats van reactief. Dat hebben we in Europa en Nederland op alle niveaus nodig. Bedrijven rekruteren steeds vaker mensen met deze mind-set. Ik spreek hier graag over de winning mind-set waarbij enthousiasme, veerkracht en trots cruciaal zijn. Deze houding krijg je niet vanzelf. Een kampioen heeft als jonge sporter eerst flink wat tranen gelaten om alle keren dat het niet lukte. Daardoor leer je wel met tegenslag omgaan. Je leert ook sneller van je fouten. In het bedrijfsleven maken we vaak lijstjes van de fouten, maar er gebeurt verder vrijwel niets mee. Winnende ondernemingen doen dat juist wel goed.”

Meer weten: Bezoek de masterclass van Koen Gonnissen op CFO Day

Is risico nemen dus noodzakelijk om te blijven leren?
“Er is een verschil tussen risico nemen en ambitie realiseren. Je komt sneller vooruit als je regelmatig een serieuze fout maakt. Juist op de momenten dat de atleet mentaal of emotioneel het diepste gaat, staat hij of zij het meest open voor verandering. Roger Federer was als jonge tennisser wat te zwaar en sloeg vaak zijn rackets kapot. Niemand had toen gedacht dat hij de beste speler aller tijden zou worden.
De kentering kwam toen zijn coach verongelukte. Er ontstond een interne storm. Hij veranderde zijn tactiek, ging beter voor zichzelf zorgen, stond open voor feedback. Federer is toen vol voor zijn carrière gegaan. Hij besloot verder voortaan zelf die interne storm te creëren in plaats van te wachten tot dit hem overkwam." 

"Een kenmerk van zwakke bedrijven is dat de kentering pas komt als het bijna verkeerd loopt. Eerst wentelen ze zich in ‘zelfgenoegzaamheid’, soms bijna op het arrogante af. Pas als de problemen toenemen, komen ze uit hun ivoren toren, worden proactief en zetten in op verandering en innovatie. De prikkel moet té vaak van buiten komen. Het geheim van echte toppers is dat ze zichzelf weten te prikkelen, zelfs al het goed gaat. Golfer Tiger Woods heeft in tijden van succes toch op drie momenten zijn swing aangepast. Dat betekende wel dat de ballen een aantal maanden het bos in vlogen, maar uiteindelijk maakte het hem sterker. Bedrijven die willen veranderen moeten accepteren dat ze een aantal maanden minder soepel zullen draaien. Ze moeten er dan wel op vertrouwen dat de verandering hen uiteindelijk sterker maakt. Helaas heeft de beurs daar geen begrip voor. De afhankelijkheid daarvan werkt ongunstig en gaat vooruitgang tegen.”

'Europa moet door zware periode heen"

Om bedrijven duidelijk te maken wat er te leren valt van topsport gebruikt Gonnissen graag een metafoor. “Ik noem dat het 2-0 concept.” Hij legt uit: “Wanneer je met sporttalent werkt, maak je trainingsdoelstellingen: op tactisch, technisch, fysiek en mentaal gebied. Elke training bekijk je de progressiedoelstellingen. Het hoofddoel is om de bereikte progressie in te zetten tijdens de wedstrijd. Lukt dat, dan krijg je één punt. Als er ook nog gewonnen wordt, betekent dat nog een punt: 2-0. Vaak zie je dat kinderen in wedstrijden onder druk van ouders toch teruggaan naar hun oude techniek en hun trainingsdoelen verwaarlozen. En af en toe verliezen ze ook nog in cijfers. Van de ‘1-1’ bestaat een goede en een slechte variant. In de goede doet de speler wat er moet gebeuren, maar verliest wel. Toch is er één punt gewonnen. Bij de slechte versie is het precies omgekeerd. De speler gaat terug naar de oude techniek en wint. Papa en mama zijn content, maar er is niets geleerd."

"Ik zie dit soort dingen wekelijks in het bedrijfsleven gebeuren. Ongelofelijk veel bedrijven kiezen voor een 0-2. De cijfers zijn niet goed, men kiest voor kostenreductie, gooit er wat lean management tegenaan en verandert enkele processen. De menselijke kant wordt verwaarloosd en je raakt de motivatie van je werknemers kwijt. Onaanvaardbaar."

Gonnissen voorspelt dat Europa door een zware periode heen moet, waarin de 0-2 en de slechte 1-1 niet meer geaccepteerd worden. De goede 1-1 moet voortaan aangemoedigd worden en de 2-0 beloond, zegt hij: "Dat is een totaal andere houding, waar jongere executives al meer voor openstaan. Zij kiezen voor die winning mind-set, ook al vliegen de ballen gedurende een aantal maanden het bos in. In de sportwereld is het een ongeschreven wet: als je lang genoeg die winning mind-set erin houdt, dan komen de cijfers vanzelf. In het bedrijfsleven kan deze wet ook gelden. Bedrijven moeten dan wel kiezen voor de moeilijke weg van vooruitgang.”

Wat zeg je tegen CFO’s die willen veranderen?
Slow down, move faster.” Je moet niet blijven hollen, maar af en toe pitstops maken. Dit zijn inhoudelijk gedreven momenten, die gaan over hoe iedereen in de koers zit, over snel leren van de fouten, over het vertrouwen binnen je team. Het is uiteindelijk de kwaliteit van de pitstop die bepaalt of je de finish haalt, maar ook welke positie je bereikt. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat bedrijven die aandacht geven aan inhoudelijke pitstops, meer agility behouden, eenvoudiger door moeilijke tijden komen en vernieuwender werken. Dat bereik je niet met enkel reguliere meetings die draaien om het rationele.”

Hoe gaat zo’n pitstop in z’n werk?
“Je doet metingen op drie verschillende niveaus. Allereerst onderzoek je persoonlijke energie, hoe zorg je dat elke medewerker vitaal is en blijft. Bij CEO’s en CFO’s zie je een grote verschuiving, dit zijn tegenwoordig fitte mensen met een stappenteller om de pols. Dan is er het teamniveau. In het bedrijfsleven spreekt men ten onrechte al snel van een team. In realiteit gaat het vaak om groepen individuen. In de sportwereld duurde het soms anderhalf jaar voordat er echt sprake kon zijn van een team. Het derde niveau is de organisatie, de ruggengraat van het bedrijf. Welke cultuur heerst er? Veel bedrijven gaan kapot aan de silocultuur. Een andere variant is de participatiecultuur, waarin alles enkel draait van negen tot vijf. Daar ga je de oorlog niet mee winnen. Beter is de performance cultuur, mensen zijn betrokken, voelen zich verantwoordelijk en het team speelt een belangrijke rol. Bij de overtreffende winning culture zijn mensen enthousiast en trots om voor het bedrijf te werken. Als ik één boodschap heb voor moderne CFO’s is dat: kom uit de boekhouding en onderzoek welke cultuur in je bedrijf heerst.”

Hoeveel bedrijven hebben nu eigenlijk al zo’n winnende cultuur?
“Dat meten we bij Mentally Fit al jaren. Wat blijkt? Boards zijn vaak stomverbaasd als blijkt dat er nog sprake is van een silo- of een participatiecultuur. Het is verbazingwekkend hoe laag het percentage is van mensen die in een winning cultuur zitten. Europa heeft het de afgelopen jaren zo moelijk gehad. Ik weet niet hoeveel dieper we nog moeten zakken voordat het lichtje gaat branden en we de winning spirit terug gaan vinden.”

Robbert van Adrichem (foto boven) is directeur van Agium Finance & Control.

CFO Day 2017 vindt plaats op 1 juni 2017. Bekijk hier het volledige programma. Bezoek de masterclass van Koen Gonnissen tijdens dit event. Aan het einde van de sessie signeert Koen het boek De Bedrijfsatleet, waarvan hij mede-auteur is. De masterclass wordt gefaciliteerd door Agium Finance & Control en vindt plaats in de Van Berckel Lounge, van 14.30 u tot 15.15 u. 

Lees ook: CFO's moeten vaker romans lezen

Gerelateerde artikelen