CFO moet cash targets meenemen in beloning werknemers

Cash is King en dat is niet aan dovemans oren gericht bij de masterclass van Casper van Leeuwen (foto), partner van Satriun, tijdens CFO Day van 5 juni in Hotels van Oranje. De zaal zit volgepakt, alle stoelen zijn bezet en mensen staan om hun kennis over sturen op cashflow bij te spijkeren.

In een interactieve sessie laat Van Leeuwen zien hoe bedrijven hun processen en de daarbij behorende technologie kunnen optimaliseren om strak te kunnen sturen op cashflow. Aan het begin van de masterclass deelt CFO Rimco de Groot van Royal Burger Group, op uitnodiging van moderator Willem van Oosten,  zijn ervaringen met het sturen op cashflow. “Wij zitten midden in de transitie. Eerst stuurden wij voornamelijk op bruto marge, nu gaan wij ons meer richten op cashflow. Als je stuurt op cashflow dwingt het je onderneming om het werkkapitaal beter te beheersen.”De Groot is niet de enige in de zaal die cashflow centraal stelt. Voorafgaand aan de sessie is er een survey gehouden onder de bezoekers van CFO Day. Hieruit blijkt dat een minderheid van de CFO’s rendement op geïnvesteerd vermogen (RoCE) meeneemt als performance-indicator. De meeste bedrijven leggen de focus op operationeel resultaat en in mindere mate de vrije kasstroom.  Gedrag werknemers veranderen Dit beeld verandert als Van Leeuwen vraagt hoeveel bedrijven cashflow meenemen in het bepalen van de variabele beloning van werknemers. Één hand gaat de lucht in. De VP Reporting & Control van een luchtvaartmaatschappij meldt dat targets gerelateerd aan cashflow worden meegenomen in de beloningsregelingen. Dit beeld komt ook overeen met de resultaten uit het onderzoek: een beperkt aantal bedrijven beloont mensen op basis van cash-gerelateerde targets. Volgens Van Leeuwen een gemiste kans. “Als je een verandering wil doorvoeren in een organisatie, moet je het gedrag van je werknemers veranderen. Dit kan op meerdere manieren, maar het beloningsmechanisme is daar een belangrijk onderdeel van.” Ook de boekhouder moet er aan geloven. Een bedrijf dat gaat sturen op cashflow moet de traditionele wijze van balansrekenen en -lezen overboord gooien. Veel bedrijven beoordelen hun balans nu uitsluitend volgens de IFRS-opmaak. IFRS biedt volgens Van Leeuwen maar beperkt inzicht voor een CFO die wil sturen op cashflow. Hij stelt een analytische methode voor waarin de balansposten zijn ingedeeld in enerzijds het geïnvesteerd vermogen, en anderzijds de financiersstructuur, waarmee in één oogopslag zichtbaar wordt wat de netto activa zijn en hoeveel eigen vermogen en netto bankschulden er tegenover staan. Het publiek is verdeeld over deze methode. De CFO van een voedingsmiddelenconcern geeft aan dat de voorgestelde manier van balansrekenen alleen nuttig is als er een cashflowprobleem is. “Als je geen probleem hebt, waarom al die moeite doen?” De CFO van een bouwbedrijf ziet de methode wel zitten. “Wij gaan zelf een stapje verder. Het is belangrijk om de balans zo simpel te maken dat iedereen het kan begrijpen. Daar is deze methode zeer geschikt voor.”De vierde stelling focused op de accuratesse van het budget en de forecast van bedrijven. Uit de survey blijkt dat een meerderheid van de CFO´s verwacht dat het budget en de forecast `gematigd accuraat´ zijn. Van Leeuwen maakt onderscheid tussen procesmethodes voor verslaglegging enerzijds, en budgetering en forecasting anderzijds. Beiden hebben hun eigen logica en procesgang, maar veel bedrijven gebruiken de  methode voor verslaglegging ook voor het planningsproces. Van Leeuwen geeft aan dat deze bedrijven de precisie van budgetering en forecasting sterk kunnen verbeteren als hiervoor een meer op maat gesneden procesmethode wordt toegepast. De vijfde en laatste stelling gaat daarna de diepte in en draait om het gebruiken van ratio’s en niet-financiële indicatoren uit de verslaglegging voor het accurater maken van budgetering en forecasting. Een dergelijke koppeling van informatiepunten helpt om het geheel van resultatenrekening, cashflow en balans integraal te plannen. Sommige CFO’s in de zaal hebben ervaring met deze manier van werken en zijn er positief over, hoewel ze aangeven dat het meerdere jaren heeft geduurd voordat de organisatie zich de methodieken volledig eigen heeft gemaakt. Er ontstaat nog een discussie over de toepasbaarheid van een ratio als debiteurendagen, waarbij de MD Group Accounting van Randstad aangeeft dat hier al jaren met succes targets op worden gezet en dat hiermee het werkkapitaal wordt gestuurd.Afsluitend geeft Van Leeuwen de CFO’s vier adviezen mee. “Maak een duidelijke keuze hoe de organisatie intern informatie beoordeeld: volgens de IFRS-opmaak of volgens een analytische methode. Als je stuurt op cashflow, zorg ervoor dat werknemers daarvoor verantwoordelijk gesteld kunnen worden. Baseer je verslaglegging en je planning op één integraal datamodel om afwijkingen efficiënt te kunnen analyseren, maar pas aparte procesmethodes toe voor verslaglegging en planning. Zorg ervoor dat het bedrijf leert van ratio’s en niet-financiële indicatoren en trends uit het verleden om de toekomst beter kunnen voorspellen.”  __________________________________________________________________________________  Ontmoet de financiële top van NederlandWilt u ook aanwezig zijn bij een van de vele andere inspirerende bijeenkomsten voor CFO’s en FD’s? Word dan nu lid van de CFO Association, dé exclusieve community van CFO’s en FD’s in Nederland. Als lid bent u welkom tijdens de exclusieve netwerkevenementen en congressen CFO Day en Finance Transformation. Topevenementen vol inspiratie, interactie, know-how, hoog niveau aan hospitality en netwerken met collega CFO’s en FD’s. Tevens ontvangt u jaarlijks 4 keer CFO Magazine. Meld u aan via CFO.nl/memberships.__________________________________________________________________________________