CFO studie: Banken zeer voorzichtig met kredietverlening

Financieel directeuren in Europa verwachten dat de werkgelegenheid pas over ruim twee jaar weer op het niveau van voor de crisis komt. Veel bedrijven willen wel weer investeren, maar de banken maken hen dat moeilijk door hun terughoudende kredietbeleid. Dat blijkt uit de CFO Survey, een wereldwijd kwartaalonderzoek onder financieel directeuren, uitgevoerd door de Universiteit van Tilburg en Duke University.

Optimisme Veel Europese CFO’s zijn optimistischer over de vooruitzichten van de eigen onderneming (ruim 47% is positiever, 15% is minder optimistisch dan in het vorige kwartaal). Een belangrijke graadmeter voor het optimisme is de stijgende winstverwachting (ruim 5%) en de hogere uitgaven voor research en development (bijna 7%). Ook in de beloningsstructuur zit beweging. Er is zowel sprake van een salarisverhoging (38%), een extra aandelenpakket (40%) als een hogere bonus (41,1%). Bij 13,8% van de bedrijven gaat het salaris juist omlaag en bij 37,5% wordt de bonus gekort. Banken belemmeren investeringen Voorlopig wordt er nog bezuinigd, niet alleen op personeel maar ook op marketing, opleiding en persoonlijke ontwikkeling. Aantrekkelijke investeringmogelijkheden worden uitgesteld of afgeblazen. Tegelijkertijd is er behoefte aan het doen van investeringen die op de lange termijn tot groei kunnen leiden. Ruim 35% van de ondervraagden geeft aan mogelijkheden te hebben om zeer winstgevende investeringen te doen, maar hierin te worden belemmerd doordat het bedrijf niet voldoende financiering kan krijgen. Bijna 40% van de bedrijven geeft aan dat banken minder bereid zijn krediet te verstrekken dan voor de crisis. De belangrijkste redenen hiervoor zijn de strengere kredietvoorwaarden die banken hanteren, de restrictieve contracten, de hoge rentes of het feit dat banken het betreffende bedrijf te riskant vinden. Daarnaast meldt 42% van de CFO’s dat klanten (veel) langer wachten met betalen, wat ook een belemmering voor investeringen vormt. Dit heeft voor meer dan de helft van de bedrijven geleid tot problemen met het managen van het werkkapitaal.Werkgelegenheid pas vanaf 2012 weer op ‘oude’ niveauVoor bijna driekwart van de bedrijven zit de werkgelegenheid onder het niveau van voor de crisis. 18% van de Europese CFO’s verwacht dat die niet meer terugkomt op het oude niveau. Het gros heeft meer vertrouwen en denkt dat in twee tot drie jaar de werkgelegenheid van hun bedrijf weer terug komt op het niveau van voor de crisis. Meer dan de helft van de ondervraagden wil zelfs al personeel aannemen wanneer de vraag in 2010 toeneemt. Het lijkt erop dat de crisis een flinke impact heeft op het moreel van het personeel. Dit is in de ogen van CFO’s fors afgenomen; in 8,2% van de gevallen noemen zij het slecht, voor de crisis was dit 0%.Consumentenvraag blijft zorg no.1De consumentenvraag blijft de belangrijkste zorg van CFO’s. Daarop volgen de druk op de prijzen en de binnenlandse concurrentie. Ook de onvoorspelbaarheid van de resultaten houdt de CFO’s wakker. Baarden in het vorige kwartaal het bancaire systeem en de kredietmarkten hen veel zorgen, nu lijken deze wat gezakt in prioriteit.Kees Koedijk, hoogleraar Financieel Management aan de Universiteit van Tilburg, constateert dat het Europese optimisme over de economie (44,3%) nog achterblijft bij de VS – daar is 48,4% positiever – en helemaal bij Azië, waar het optimisme op 74% ligt. “De effecten van de oplopende werkloosheid en de te strakke financieringsmogelijkheden missen hun uitwerking niet en zorgen voor een vertraging van het herstel.”Over CFO SurveyElk kwartaal krijgen CFO’s in Europa, de Verenigde Staten, Azië en China vragen voorgelegd over hun verwachtingen van de economie. Dit kwartaal, de 55e keer dat het onderzoek wordt gehouden, zijn 1431 CFO’s van uiteenlopende bedrijven en overheidsinstellingen wereldwijd bevraagd. CFO Survey is een samenwerking van de Universiteit van Tilburg, Duke University (Durham, North Carolina) en CFO Magazine. Kees Koedijk, decaan van de Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen van de Universiteit van Tilburg, is de grondlegger van de Europese tak van dit wereldwijde onderzoek.