CPB: handelsoorlog China en VS risico voor stabiliteit Nederland
Een handelsoorlog tussen China en de Verenigde Staten vormt een risico voor de economische stabiliteit en groei van Nederland. Dat stelt het Centraal Planbureau (CPB) in de Risicorapportage Financiële Markten 2024, die het CPB jaarlijks op verzoek van de Tweede Kamer opstelt. Hoewel de Nederlandse economie er “gemiddeld goed voorstaat” na de coronapandemie en de energiecrisis, blijft die gevoelig voor “grote economische schokken”. Wel kunnen Nederlandse huishoudens en bedrijven eventuele klappen beter opvangen dan een aantal jaar geleden.
- Een handelsoorlog tussen China en de VS bedreigt de Nederlandse economie, volgens het CPB.
- Nederland blijft gevoelig voor schokken ondanks economisch herstel.
- Grote buitenlandse investeringen maken Nederland kwetsbaar voor economische risico’s.
Verhoogde importheffingen
Een belangrijke aanleiding voor de waarschuwing van het CPB zijn de verhoogde importheffingen die de Verenigde Staten in mei invoerden op Chinese goederen zoals elektrische auto’s. Die kunnen wijzen op een escalerende handelsoorlog tussen de twee grootmachten, met meer faillissementen in Nederland doordat onze economie een “dure schoksgewijze aanpassing” moet maken. Verstoringen van de productiecapaciteit en aanvoerketens kunnen daarbij zorgen voor prijsstijgingen.
Risico door buitenlandse investeringspositie
Wat ook meespeelt, is de grote mate waarin Nederland blootstaat aan economische risico’s in het buitenland doordat het een van de grootste buitenlandse investeringsposities ter wereld heeft. Dat gaat bijvoorbeeld via pensioenfondsen. Als die samen met huishoudens verlies maken op hun investeringen in het buitenland, ontstaat het risico dat ze hun eigen leningen in Nederland niet meer kunnen terugbetalen. “Wanneer buitenlandse bezittingen minder waard worden, raakt dit investerende Nederlanders direct in de portemonnee”, schrijft het CPB.
Het grootste deel van de Nederlandse investeringen in het buitenland wordt echter gedaan in “relatief veilige” landen, zoals de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en Duitsland. Nederland investeert daar bij elkaar ongeveer 2500 miljard euro. Van investeringen in “risicovolle” landen, zoals China en Rusland, is minder sprake.
Toch blijft het risico op het lijden van verlies op buitenlandse investeringen reëel. In tegenstelling tot Nederland hebben veel andere landen “flink opgelopen” schuldposities, wat de economische stabiliteit daar in gevaar brengt. Door de grote buitenlandse investeringen is Nederland daarmee alsnog “relatief fors blootgesteld”.
De grote investeringspositie in de Verenigde Staten ligt daarbij gevoelig. Op de lange termijn wordt een daling van de dollar namelijk niet uitgesloten, wat kan zorgen voor een waardedaling van de Nederlandse investeringspositie. (ANP)