Daar staan we dan. En nu?

Filosoferen over de toekomst is een tijdverdrijf voor slechte tijden. In de nadagen van de recessie hebben we daar eigenlijk geen tijd voor. Toch kunnen we er beter wel aan beginnen, anders haalt de tijd ons in.

DE PARADOXSoms zijn er van die dagen dat de paradox van het menszijn je als het ware in het gezicht slaat. De derde week van het jaar was er zo een. Tegelijk beelden van de verschrikkelijke gevolgen van de aardbeving op Haïti en het bericht dat de gemiddelde bonus van een Goldman Sachs-bankier rond de vijf ton zou uitkomen. Staan die zaken met elkaar in verband? Nee, niet oorzakelijk, maar ze komen wel op eenzelfde moment op de mensheid af. In die zin zit veel verscholen. Namelijk de paradox tussen de verbondenheid van de wereld om ons heen enerzijds en de maatschappelijke acceptatie ervan anderzijds. Die tegenstrijdigheid komt onder andere tot uitdrukking in de discussie over de variabele beloning van senior management.ECONOMISCHE RETORIEKAls de krant bericht dat Goldman Sachs over 2009 (!) een winst heeft behaald van 45 miljard dollar, zal vrijwel iedere econoom het vermoeden krijgen dat we hier te maken hebben met een markt die niet echt vrij toegankelijk is en/of niet voor elke deelnemer even transparant. Dit zou een argument voor ingrijpen kunnen zijn voor zowel de gelovigen uit de rechtse kerk als left-wing activisten. Toch gebeurt dat (waarschijnlijk) maar halfslachtig. Je ziet nu dat sommigen alleen de gevolgen aanpakken (de bonussen zwaar belasten, zoals in de UK), en dat anderen ergens halverwege gaan zitten (banken splitsen en de groei remmen, zoals in de VS). Maar iedere leek en zeker elke getroffen manager weet dat de ontsnappingsroutes al bedacht zijn voordat de letters van de wet zijn opgedroogd. Hoe komt dat? Het antwoord op die vraag is zonder enige twijfel erg complex. Een deel ervan zal gevonden kunnen worden in de erkenning dat die onstuimige groei in het aantal beschikbare complexe financiële producten heeft geleid tot een groei van de financiële markten, die weer veel reële groei mogelijk heeft gemaakt. Hoe denkt u dat anders een product als microfinanciering tot stand heeft kunnen komen? Dat besef – dat de wereld oneindig veel complexer en samenhangender is dan een snelle politieke one-liner – zal door de bankiers zeker op de tafels van Obama en Brown zijn neergelegd. Maar aan de andere kant is dit een visie die blijft hangen in de eigen tunnel van een strikt economische blik, die kaatst van de ene wand van pragmatisme over de menselijke natuur naar de andere wand van de onzichtbare hand die alle voordelen op voorhand tijdelijk maakt.MAATSCHAPPELIJKE REALITEITWe kunnen de wereld van niet-economen natuurlijk verslijten voor onnozel (wie stapt er nu in een financieel product dat alleen maar een hoog rendement belooft?) en kortzichtig (wie nadenkt over demografie en economie kan niet tegen de verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd zijn), maar aan de andere kant is de realiteit dat ‘zij’ wel de grenzen van de economische agenda bepalen. Is dat vervolgens een kwestie van het vinden van evenwicht tussen economische wetmatigheden en andersoortige overwegingen? Waar is de tijd gebleven dat de toonaangevende economen geen kille technocraten waren, maar hun gedachten hadden ingebed in een visie op de samenleving als geheel en de mens in het bijzonder? Het is nu 162 jaar geleden dat ene Marx het volgende schreef: “The development of Modern Industry, therefore, cuts from under its feet the very foundation on which the bourgeoisie produces and appropriates products. What the bourgeoisie, therefore, produces, above all, are its own grave-diggers. Its fall and the victory of the proletariat are equally inevitable.”Niet dat ik een aanhanger ben van centrale sturing, maar wel van het ontwikkelen van een visie die verder gaat dan die van het opruimen van obstakels op de weg naar grotere persoonlijke welvaart, ongeacht de consequenties voor anderen. Uiteindelijk is die weg, zelfs economisch, niet vol te houden.ZIJN ZE TE VERBINDEN?Hoe ver zijn wij met onze gedachten over de toekomst? Aan het begin van de kredietcrisis waren er nog enkelen die durfden spreken over het einde van de orde zoals we die nu kennen. Maar dat lijkt alweer eeuwen geleden. De recessie droogt op, de eerste zwaluwen kondigen alweer een nieuwe zomer aan. We maken ons nog wel een beetje druk of de volgende oogst niet te veel in het Oosten zal liggen, maar verder zigzaggen we weer lekker de berg af. Beide werelden – smal en kort versus lang en breed – zouden natuurlijk duurzaam verenigbaar worden als je zou zien dat de bevoorrechten van Wall Street hun bonussen aan de minderbedeelden besteedden. Maar dat lijkt een visie op ‘eigen belang’ van een heel ander niveau.