De minister van Financiën wil een publieke CFO

Op 27 november 2013 heeft minister Dijsselbloem van Financiën een normenkader financieel beheer en toezicht naar de Tweede Kamer gezonden. Zijn bedoeling is dat dit normenkader gebruikt gaat worden bij instellingen die een publieke taak uitvoeren.

Hoewel dit een nieuwe categorie organisaties is waarvan de reikwijdte nog onbekend is, kunnen wij uit de Miljoenennota 2013 achterhalen dat minister Dijsselbloem waarschijnlijk doelt op de sectoren onderwijs, zorg, sociale woningbouw, energie en infrastructuur. Vooral de uitbreiding met de laatste twee sectoren is opzienbarend omdat tot nu toe de directe overheidsbemoeienis met het financieel beheer en toezicht hier zeer beperkt was. Hier toont zich de ware socialist.Het normenkader is inhoudelijk gezien niet schokkend te noemen. De financiële professional en bestuurder zal veel onderwerpen direct herkennen en gewoonlijk al toepassen omdat deze bij een degelijk beheer van een organisatie horen. Wat wel nieuw is, is dat de minister van Financiën voorschrijft hoe de financiële functie gepositioneerd moet zijn en door wie deze benoemd moet worden. De top financiële functie moet in taak en persoon belegd zijn op bestuurs- of directieniveau en wordt benoemd door de raad van toezicht of de raad van commissarissen. De minister pleit dus voor de introductie van een CFO in het publieke domein. De laatste keer dat de minister van Financiën een financiële functionaris dwingend heeft opgelegd, was tijdens de operatie comptabel bestel in de jaren tachtig. Toen bevond de rijksoverheid zich op het financiële volwassenheidsniveau van de schoendoos-boekhouding: goedkeurende accountantsverklaringen waren niet nodig en we spraken van een zeer traag verantwoordingsproces. Men heeft toen besloten tot de verplichte instelling op alle ministeries van een stafdirecteur financieel-economische zaken. Daarna is in een tiental jaar de rechtmatigheid van de financiële verantwoording verbeterd tot het niveau waarin drie maanden na jaarafsluiting ministeries een goedkeurende accountantsverklaring ontvangen.Uit ons recent onderzoek naar het profiel van de publieke CFO blijkt dat circa de helft van de publieke en semi publieke instellingen al een CFO op bestuursniveau heeft. De minister zal met zijn normenkader deze trend verder versterken.Wat ook uit ons onderzoek blijkt, is dat het bekleden van de formele functie van CFO nog heel wat anders is dan een goede invulling geven aan de rol van CFO. De CFO die meedeint met de andere bestuurders of die vriendelijk genegeerd wordt, moet zich afvragen of hij zo zijn organisatie op lange termijn wel een dienst bewijst. De CFO kan slechts zijn rol waarmaken als zijn meerwaarde door zijn medebestuursleden wordt erkend en geaccepteerd. De publieke CFO kan dit bereiken door zijn financieel-economische expertise, zijn advies- en overtuigingskracht en zijn lef om de dwarskijkersrol uit te oefenen. Het normenkader van de minister van Financiën is niet de garantie dat het nu financieel goed komt met publieke en semi-publieke instellingen. Dat schept namelijk alleen de randvoorwaarden. Het zal uiteindelijk de publieke CFO zelf zijn die het binnen zijn organisatie moet waarmaken.Maarten Mookhoek is senior adviseur bij ConQuaestor en gespecialiseerd in de ontwikkeling en begeleiding van de financiële functie en Financial Leadership. Ron Vossen MBA is senior consultant bij ConQuaestor. Ron is Lean Six Sigma Black Belt, gespecialiseerd in de zorgsector en richt zich op het optimaliseren van financiële procesvoering. De auteurs deden samen een onderzoek naar Financial Leadership in de publieke sector.