Dennis Vink (Nyenrode Business Universiteit): Waarom Air France-KLM vastloopt – EBIT-marge is geen rendement  

Dennis Vink Nyenrode
De weg van kortetermijnmarge naar langetermijnrendement.

De discussie over winstgevendheid binnen Air France-KLM wordt al maanden gedomineerd door één cijfer: de winstmarge. Topman Ben Smith waarschuwde onlangs dat KLM moet worden hervormd omdat “de groep anders geen winstgevend bedrijf meer heeft”. Tegelijk mikt het groepsprogramma Back on Track op een EBIT-marge van meer dan 8% in de periode 2026–2028.
Die ambitie klinkt overtuigend, maar rust op een fundamentele misvatting over wat winstgevendheid werkelijk is. Door de blik te vernauwen tot marge, verliest de groep zicht op rendement, en dus op waardecreatie. Het resultaat is een gebrekkige diagnose. Winstgevendheid laat zich namelijk niet samenvatten in één marge voor de hele groep. One size does not fit all.

Voor Air France-KLM betekent herstel niet dat de marge omhoog moet, maar dat het rendement op geïnvesteerd kapitaal (ROIC) omhoog moet. Voor Air France vraagt dat om balansherstel en schuldreductie; voor KLM om een kritische analyse en het heroverwegen van kostenmaatregelen die op korte termijn marge opleveren, maar op lange termijn de productiviteit en kwaliteit juist onder druk zetten.

Lees ook op CFO.nl: Steven Zaat (CFO van Air France-KLM): “Vorig jaar was echt het zwaarste jaar van mijn CFO-schap tot nu toe.”

Financiële misperceptie: marge versus ROIC
De financiële verhoudingen binnen de groep zijn glashelder, maar pijnlijk. KLM beschikte in 2024 over een eigen vermogen van 917 miljoen euro, terwijl op basis van de geconsolideerde cijfers valt af te leiden dat Air France een negatief eigen vermogen had van circa 170 miljoen euro.
Het totale groepsvermogen bedroeg eind 2024 slechts 799 miljoen euro.

Zonder KLM’s solide balans zou de holding boekhoudkundig onder nul staan: de Franse tak kampt met een te zware balans, terwijl KLM met haar positieve eigen vermogen de financiële buffer – en feitelijk de ruggengraat – van de groep vormt. Toch wordt KLM binnen de groep weggezet als het risico, terwijl de cijfers precies het tegenovergestelde laten zien.
KLM is binnen Air France-KLM de enige entiteit die daadwerkelijk waarde creëert. In raden van bestuur geldt al decennialang dezelfde vuistregel: waarde wordt niet bepaald door marge, maar door rendement op geïnvesteerd kapitaal (ROIC). En juist daar zit het verschil.

Op basis van de jaarrekening is te berekenen dat KLM in 2024 een EBIT-marge van circa 3,1 procent behaalde, met een kapitaalomloopsnelheid die aanzienlijk hoger ligt dan die van Air France. Daardoor ligt haar ROIC rond 7,2 procent – net boven de kapitaalkosten.
Air France behaalde weliswaar een marge van circa 5,7 procent, maar door een veel lagere kapitaalefficiëntie bleef haar rendement steken op circa 6,8 procent, dus onder de kapitaalkosten.
Het verschil lijkt klein, maar is cruciaal: KLM creëert waarde, Air France vernietigt waarde. Anders gezegd: bij KLM levert elke euro kapitaal nog net iets op; bij Air France kost elke euro de aandeelhouder geld.

Perverse prikkels
In Nederland krijgt KLM te maken met hogere luchthaventarieven en de hoogste vliegtaks van Europa – goed voor ruim 250 miljoen euro per jaar –  terwijl Air France van deze lasten nauwelijks iets merkt. Deze asymmetrie vergroot KLM’s structurele kostenbasis, zonder dat dit iets zegt over haar operationele kracht of efficiëntie. Toch wordt dit in Parijs uitgelegd als een teken van zwakte bij KLM, terwijl het in werkelijkheid gaat om een ongelijk speelveld dat niets zegt over het onderliggende rendement.

Juist dit illustreert de kern van het probleem: door uitsluitend te sturen op marge worden externe kostenverschillen ten onrechte gezien als prestatieverschillen, en blijft het werkelijke onderscheid – kapitaalefficiëntie en rendement – volledig buiten beeld.

Lees ook op CFO.nl: Lessons learned: oud-CFO’s kijken terug – Tjero R Zomer (oud-CFO Transavia): “Kom niet op het problemenlijstje.”

Van kortetermijnmarge naar langetermijnrendement
De winstgevendheid van de groep zal niet herstellen door te snijden, marges op te poetsen of KLM verder onder druk te zetten om factoren die buiten haar invloed liggen. Een groepsmarge van 8% is bovendien niet meer dan een cosmetisch gemiddelde: het verhult de fundamentele verschillen in kapitaalefficiëntie tussen Air France en KLM, in plaats van ze zichtbaar te maken.

Nu op dat gemiddelde wordt gestuurd, ontstaat het risico dat vooral binnen KLM de verkeerde knoppen worden gedraaid. Besparingen op arbeid, inhuur en onderhoud leveren dan wel een kortstondige margeverbetering op, maar tasten op termijn juist de operationele veerkracht en productiviteit aan. Het is het verkeerde type bezuiniging: het verhoogt de marge vandaag, maar verlaagt de ROIC van morgen – en daarmee de enige winstgevendheid die economisch telt. KLM moet consolideren en investeren in structurele efficiëntie en kwaliteit.

Zolang Air France haar balans niet versterkt, verdampt elke euro winst van KLM in het groepsgemiddelde. En zolang de groep stuurt op EBIT-marge in plaats van ROIC, blijft zij blind voor het feit dat de Franse tak kapitaal vernietigt terwijl de Nederlandse het redt. Air France moet haar balans herstellen en kapitaalomloopsnelheid verhogen;

Voor Air France-KLM betekent dit een koerswijziging: van kortetermijnmarge naar langetermijnrendement.

Lees ook op CFO.nl: Luchtvaart op het matje over claims CO2-reductie

Create value for your company. Gain new insights into valuation in four days. Join Prof. Kevin Kaiser for the thought-provoking Advanced Valuation program, a rigorous, case-driven deep dive that participants call life-changing.

 

 

 

 

 

Gerelateerde artikelen