EU-ministers Financiën vellen oordeel over eerste herstelplannen

De EU-ministers van Financiën keuren vandaag in Brussel naar verwachting de eerste nationale herstelplannen goed. Ze oordelen of de scenario’s van twaalf landen, waaronder Italië, Duitsland en Frankrijk, voldoen aan de voorwaarden om voor de beschikbare miljarden uit het tijdelijke Europese coronaherstelfonds in aanmerking te komen.

Deze plannen zijn al goedgekeurd door de Europese Commissie, maar zonder groen licht van de ministers worden de eerste euro’s niet overgemaakt. In het fonds zit 672,5 miljard euro, waarvan 312,5 miljard euro aan subsidies en 360 miljard aan gunstige leningen. De uitbetaling gaat in delen, te beginnen met 13 procent voorfinanciering van projecten dit jaar.

Italië, dat zwaar is getroffen door de coronapandemie, heeft zicht op 191,5 miljard euro, de meeste steun uit het fonds van alle landen. Daarvan hoeft 68,9 miljard euro niet worden terugbetaald, in tegenstelling tot de beschikbare lening van 122,6 miljard. Rome wil op grote schaal huizen en gebouwen renoveren, investeren in schoner openbaar vervoer en zorgen voor snel en uitgebreid internet.

Sinds april hebben 24 lidstaten hun beoogde herstelplannen in Brussel ingeleverd. Daarin geven ze aan waar zij de subsidies en/of gunstige leningen, waar ze volgens een bepaalde verdeelsleutel recht op hebben, in zullen investeren. Er is afgesproken dat tenminste 37 procent aan klimaatmaatregelen wordt besteed, en 20 procent aan digitalisering. Verder moeten de landen allerlei hervormingen doorvoeren die Brussel voor elke lidstaat apart nodig acht om sterker uit de crisis te komen, zoals aanpassingen in het belastingstelsel of op de arbeidsmarkt.

Van de 24 plannen heeft de commissie er inmiddels 16 goedgekeurd en zijn er nog 8 "in analyse". Nederland, Malta en Bulgarije zijn de enige landen die nog geen herstelplan hebben ingediend. Den Haag wil wachten tot er een nieuwe regering is.