Hoofd koel in de M&A-hausse
De economie is op stoom en het aantal M&A-deals wereldwijd ligt hoog. Het is aantrekkelijk om mee te gaan in deze hausse, uit de angst om iets te missen. Maar het hoge volume van deals betekent niet enkel succes, er zitten ook voldoende mislukkingen tussen. Te lang stilzitten echter kan betekenen dat het bedrijf kansen mist.
Juist nu hebben CFO’s dus strenge criteria nodig om te bepalen welke M&A-opties kansrijk zijn, schrijft Tim Barefield, managing director van adviesbureau Kotter op CFO.com. Hij geeft drie adviezen.
Stel de lastige vragen
De angst om iets te missen kan leiden tot slechte besluiten doordat men het reguliere besluitvormingsproces links laat liggen. Een deal doen omdat de concurrentie ook actief is, is meestal geen goed idee. De antwoorden op het besluit voor een deal kunnen intern gevonden worden. De CFO en zijn of haar team moeten elkaar kritische vragen stellen over de opties. Hoe lastiger de vragen, hoe moeilijker de antwoorden te vinden zijn.
Zijn er geen antwoorden te vinden, dan zijn aannames nodig. Sommigen daarvan zijn gebaseerd op verifieerbare data, voor andere is een solide basis niet aanwezig en gaat het om een onderbuikgevoel of een gok. Dat is geen onoverkomelijk probleem, zolang de CFO zich maar bewust is welke aanname in welke categorie valt en welke rol deze speelt in het besluitvormingsproces. Op deze manier wordt de M&A-strategie meer doordacht.
Test aannames
Doordacht of niet, de uitkomst van iedere deal is onzeker. Culturele issues of problemen op het gebied van systeemintegratie kunnen succes in de weg staan. Het wegen van de voor- en nadelen, het gebruik van scenarioplanning en de eerder besproken aannames kunnen als kompas fungeren.
Om deze aannames grondig te testen zijn echter meer stemmen nodig. CFO’s moeten samenwerken, met de andere leden van het leiderschapsteam en met andere mensen in de organisatie, al voordat het M&A-proces begint. Het doel hiervan is een cultuur van totale eerlijkheid en transparante communicatie te creëren, die de CFO helpt antwoorden te vinden. Op deze manier reduceert het bedrijf risico en voorkomt het dat besloten wordt tot een deal op basis van onvolledige hypotheses. Ook ontstaat zo een mechanisme dat confirmation bias of het in stand houden van foutieve denkbeelden in de organisatie kan tegengaan.
Denk aan de werknemers
Voor werknemers is een fusie of overname vaak bedreigend. Ze kunnen hun eigen rol in twijfel gaan trekken en in het ergste geval overwegen te vertrekken. Alleen het spreken over een mogelijke fusie of overname kan al onrust onder het personeel veroorzaken.
Voordat een transactie plaatsvindt moeten leiders zich daarom eerst afvragen wie hun beste werknemers zijn, hoe zij zullen reageren op de fusie of overname en welke nieuwe mogelijkheden de nieuwe situatie deze talenten biedt. Het beste is dus om zo open mogelijk te zijn en duidelijk te spreken met medewerkers om zo de kansen die zij zien te begrijpen. De CFO kan op deze manier bepalen of de nieuwe organisatie aan de verwachtingen van mensen voldoet en helpen nieuwe mogelijkheden te creëren.