Rondy Ng, Senior Vice President Oracle: ‘Kwartaalterugblikken zijn in feite te laat’
Globalisering is de motor achter zowel positieve als negatieve veranderingen. Het vraagt van bedrijven om zichzelf voortdurend aan te passen. Technologie kan daarbij een handje helpen, is de overtuiging van Rondy Ng. We spreken de Senior Vice President Applications Development tijdens Oracle OpenWorld Europe.
De ERP-applicaties van de cloudleverancier vallen onder zijn verantwoordelijkheid. Daarbij heeft de ene helft van zijn agenda betrekking op nieuwe technologieën en diensten. De andere helft is gevuld met klantafspraken. Op die manier wil hij begrijpen hoe de klanten van Oracle hun digitale transformatie maken.
Geen verrassingen
De Senior Vice President valt één ding op als hij bij klanten over de vloer komt. Ng: “De CFO’s van bijna alle grote bedrijven die ik spreek, houden niet van verrassingen. Tegelijkertijd zijn terugkerende kwartaalterugblikken in feite te laat voor ze. Ze leveren te veel verrassingen op.”
Hij geeft enkele voorbeelden, waarvan de laatste wel heel actueel is. “Ze zijn verrast dat ze niet wisten dat een deal toch niet is doorgegaan. Dat de cashpositie is veranderd door de devaluatie van valuta. Dat de leveringsketen vanuit China plotseling is aangepast door het coronavirus.”
Blik achteruit
Vanuit finance wil je dit soort ontwikkelingen natuurlijk op tijd zien aankomen. Toch missen veel CFO’s nogal eens de boot. Ng: “Veel financiële organisaties hebben de blik enigszins achteruit gericht. Dit terwijl vaak alle informatie die je nodig hebt om je business op tijd bij te sturen beschikbaar is.”
Om hier verandering in te brengen, moet je volgens Ng “niet proberen te denken aan hoe je dingen in het verleden deed”. Hij doelt dan onder meer op on premise ERP-systemen die je bedrijf van “tien, vijftien jaar geleden” weerspiegelen en slechts eens in de zoveel tijd een kostbare technische update krijgen.
Niet houdbaar
Ontwikkelingen op ERP-gebied openen volgens Ng echter nieuwe mogelijkheden. Welke zijn dat? “Om te beginnen even wat achtergrond”, zegt hij eerst. “Zo heeft Oracle in de afgelopen decennia gebouwd aan een toonaangevende set van bedrijfsapplicaties die E-Business Suite heet. Ook hebben we een aantal on premise-producten aangekocht, zoals PeopleSoft, JD Edwards en Siebel.”
Volgens Ng – die zich sinds 1990 bij Oracle bezighoudt met de backoffice – hing na die overnames verandering in de lucht. “We wisten op dat moment eigenlijk al dat die positie niet houdbaar was. Niet omdat we zoveel producten hadden om te managen, maar omdat klanten ingesloten raakten in op maat gemaakte systemen die weinig ruimte boden voor innovatie.”
Ander businessmodel
De cloud moest op dat moment nog komen aanwaaien. Ng: “Termen als de cloud of Software as a Service hadden we toen nog niet eens. Toch zijn we destijds begonnen met het bouwen van een cloudplatform van een nieuwe generatie dat we leveren als een SaaS-dienst. Dat betekende voor ons ook een ander businessmodel. We gingen van producten over naar abonnementen, waarbij je heel anders naar finance kijkt.”
De Oracle ERP-cloud moet voor klanten een zelfde soort ommezwaai naar een ander businessmodel mogelijk maken. Ook moeten ze voortdurend kunnen profiteren van innovaties. Standaardisering is daarbij de sleutel. Ng: “Het uitgangspunt is dat we ERP-systemen volgens een vereenvoudigd en gestandaardiseerd model aan de klant leveren, zodat die de mogelijkheden kan benutten zoals in best practices.”
Volgende stap
Ng denkt dat bedrijven de waarde hiervan beginnen te ontdekken. “Sinds de ERP-cloud in de maak is, merk ik dat mensen het echt als iets groots zien. Daarbij zien ze hun huidige ERP-systeem overigens niet als iets wat stuk is. Wel beginnen ze na te denken over de volgende stap.” Hij noemt aanleidingen hiervoor onder meer een technische update of de aankoop of verkoop van een bedrijfsonderdeel.
Maar wat de aanleiding ook is, het devies is om klein te beginnen. Ng: “Een corporate bedrijf komt in de regel uit een gefragmenteerde en op maat gemaakte omgeving. Die wil je niet één op één kopiëren naar de cloud. Wel kun je gaan kijken naar moderne best practices voor processen als procure to pay, report to record of order to cash. Vervolgens zet je grotere stappen zodra je gewend bent aan de cloud.”
Nederlandse CFO’s
Verandermanagement is volgens Ng dan ook belangrijk. Zo werkt Oracle op dit onderwerp actief samen met klanten. Bijvoorbeeld met aanbevelingen en best practices. Daarbij ben je als CFO uiteraard een onderdeel van deze verandering. Ng: “Het is vooral belangrijk dat je doorgaande innovatie omarmt. Het is namelijk geen eenmalige migratie; dat is slechts een punt in de tijd.”
Hoe gaan Nederlandse CFO’s hiermee om? Na het gesprek met Ng spreken we met Wilfred Scholman, CEO van Oracle Nederland. Hij heeft grote Nederlandse klanten mede geholpen om de stap naar de ERP-cloud te maken. Belangrijke onderwerpen die volgens hem leven in onze eigen boardrooms, zijn de ethische kanten van kunstmatige intelligentie en de beveiliging van data.
Autonome database
Beveiliging is volgens de CEO een kwestie van ontwerp. Scholman: “Wij bouwen onze beveiliging vanaf de basis op. Het zit in het ontwerp en het netwerk van de klant is daarin volledig gescheiden. Wij kunnen dus niet bij je data. Ook gebruikt onze autonome database kunstmatige intelligentie en machine learning om zichzelf voortdurend te beveiligen, te patchen en in te stellen.”
Volgens Scholman zal elk bedrijf deze toepassing een goed idee vinden, zonder dat er al te veel ethische vragen aan vastzitten. Want “als je kunstmatige intelligentie inzet in de technologielaag, dan heeft dat een andere ethische impact dan wanneer je het inzet voor je medewerkers of klanten. Het ligt namelijk minder gevoelig waar het een onderdeel is van je operationele processen.”
Ethisch kompas
Voor waar het wel klanten of medewerkers raakt, raadt Scholman aan om een ethisch kompas op te stellen. “Je kunt als raad van bestuur of raad van commissarissen beleid opstellen voor wat wenselijk en efficiënt is. Daar kun je dan op teruggrijpen waar het om medewerkers- of klantprocessen gaat. Dan gaat het bijvoorbeeld om de vraag welke klanten je wel of niet aan een verzekering wilt helpen.”
Volgens de CEO is het verstandig om hierin op te trekken met de rest van de organisatie. Maar wie neemt het voortouw? Scholman: “Dat is echt wel een combinatie. Je ziet de rol van de CIO steeds belangrijker worden, maar afhankelijk van het vakgebied heb je ook te maken met de COO of CHRO. De verantwoordelijkheid moet je in ieder geval daar neerleggen waar een onderwerp het gevoeligst ligt.”
Goede randvoorwaarden
Scholman waarschuwt verder voor proeftuintjes. “Veel initiatieven rondom kunstmatige intelligentie blijven proeftuintjes. Er wordt in geïnvesteerd, maar ze komen niet van de grond. Bijvoorbeeld omdat de data er niet zijn of versnipperd zijn, wat het ook lastig maakt om erover te rapporteren. Je moet dus altijd ervoor zorgen dat je een beeld hebt van waar de data zijn, wat de kwaliteit ervan is en hoe je ze koppelt.”
De CEO benadrukt dan ook het belang van goede randvoorwaarden. Scholman: “De randvoorwaarden van bedrijven die hun data op orde hebben, zijn beter dan bedrijven met een gefragmenteerd datalandschap en verschillende maatwerkapplicaties in meerdere clouds. Alleen als je data op orde zijn, kun je patronen herkennen en weken in plaats van dagen of uren van tevoren problemen zien aankomen.”