Mariëlle Vogt, CFO Enexis Groep: ‘Ik zat midden in die energietransitie’
De snelheid van de energietransitie is door de netbeheerders amper bij te benen. In grote delen van Nederland is het stroomnet vol, terwijl de grootschalige elektrificatie om steeds meer capaciteit vraagt. Bijvoorbeeld van zonne- en windparken naar bedrijven, huishoudens en datacenters.
Een meer dan uitdagende rol voor Stedin, Alliander en Enexis Netbeheer. Mariëlle Vogt trad 1 januari van dit jaar aan als CFO bij netwerkbedrijf Enexis Groep. Over investeringen, kansen en uitdagingen. En over die vanzelfsprekendheid, 24/7, van toegang tot energie.
Als we Mariëlle Vogt op het hoofdkantoor van Enexis Groep in Den Bosch spreken, legt ze de laatste hand aan het halfjaarbericht van de netbeheerder. Onder de kop ‘Focus op uitvoering energietransitie’ wordt daarin gesproken over het in de eerste zes maanden van 2021 uitgevoerde werkpakket van 440 miljoen euro, een toename van 37 miljoen euro vergeleken met de eerste helft van 2020. Want duidelijk is dat de behoefte aan elektriciteit stormachtig groeit én dat klanten duurzaam opgewekte energie willen terugleveren.
“Het netwerk moet enorm worden uitgebreid, dan praat je op termijn over een verdubbeling van het aantal kabels en installaties”, zegt Vogt. “En dus over ongekende investeringen, want het leggen van kabels en het vervangen van bijvoorbeeld oudere gietijzeren gasleidingen is een kostbare én tijdrovende zaak. We kijken aan tegen een gigantische hoeveelheid werk, terwijl de sector tegelijkertijd kampt met een tekort aan technisch personeel, lange doorlooptijden door vergunningen en inspraakprocedures. Bij dat alles blijven de inkomsten, mede door de lange afschrijvingstermijnen, achter. En ja, dan kun je wel over uitdagingen spreken…
Midden in maatschappij
Mariëlle Vogt is sinds 1 januari CFO van Enexis Groep. Daarvoor werkte ze bijna vier jaar als finance director voor de monopolist. “Ik kwam over van de TU Delft, was daar zeven jaar lang finance director”, aldus Vogt. “En van 1991 tot 2010 bekleedde ik verschillende functies bij KPN. Dus eerst beursgenoteerd, met de focus op jaarlijks zoveel mogelijk cashflow voor de aandeelhouders te genereren. Vervolgens een universiteit, met die blik op de hele lange termijn. Een bewuste keuze, om meer maatschappelijk bezig te zijn. Maar toch miste ik dat bedrijfsmatige. Bij Enexis koos ik voor het beste van die twee werelden. Ook beursgenoteerd, maar dan met obligaties en met provincies en gemeenten als aandeelhouders. En tegelijkertijd gericht op het publieke belang: betrouwbare en veilige energienetwerken en het faciliteren van de energietransitie. Ik hou ervan midden in de maatschappij te staan.”
De CFO is bij het netwerkbedrijf niet alleen verantwoordelijk voor finance, haar portefeuille bestaat ook nog eens uit ICT, inkoop, treasury, juridische zaken, internal audit. “Ja, wij willen die CO2-uitstoot terugbrengen. De afname van elektriciteit neemt toe. De invoeding van elektriciteit is veel onregelmatiger, komt met pieken. Om aan het Klimaatakkoord te voldoen, zullen we enorm moeten uitbreiden. En dus investeren. Op dit moment is het rendement op het geïnvesteerd vermogen redelijk, maar vanaf 2022 daalt dat van de huidige 3 procent naar 1,24 procent. Vorig jaar boekten we 150 miljoen euro nettowinst uit gewone bedrijfsvoering, een daling van de rente met 1 procent betekent ongeveer 50 miljoen euro minder van die winst. De inkomsten nemen dus af, terwijl de investeringen torenhoog stijgen. Met het vizier op de toekomst gericht, is het voor ons een absolute must onze kredietwaardigheid hoog te houden.”
Liever wind dan zon
Hoe dat alles te bereiken? De CFO: “We richten ons op de volgende drie vragen: wat kunnen we zelf doen, hoe staat het met de toezichthouder die onze tarieven bepaalt, wat doen en willen de aandeelhouders? De grote drie regionale netbeheerders gaan – samen met landelijke netbeheerder TenneT – tot 2050 een bedrag van 102 miljard euro investeren. Ter vergelijking, de Deltawerken, die heel de wereld kent, vergde een investering van minder dan 20 miljard… Ik wil er maar mee zeggen dat hier nogal wat op ons afkomt. Zaak is ervoor te zorgen dat die uitgaven omlaaggaan. Bijvoorbeeld door een nieuwe fabriek náást dat zonnepark te bouwen. Als netbeheerder gaan we liever voor wind dan voor zon; het waait in Nederland immers vaker dan dat de zon schijnt. Maar het draagvlak in de samenleving telt vanzelfsprekend ook zwaar en hier scoren windturbines nou eenmaal minder dan zonneparken.”
Naast al die nieuwe kabels moet de netbeheerder ook zorgen voor de uitbreiding en bouw van nieuwe hoog- en middenspanningsstations, noodzakelijk om de congestie in het transport van elektriciteit tegen te gaan. Die stations zijn vaak zo groot als een voetbalveld en bij uitbreiding praat je dan al snel over nóg een voetbalveld. Als oplossing werden onlangs mobiele stations, in vaktermen E-Houses, geïntroduceerd.
‘De ACM benchmarkt ons’
Enexis Netbeheer is eigenaar van het stroomnet in Groningen, Drenthe, Overijssel, Limburg en Noord-Brabant. In minder druk bevolkte provincies is het relatief gezien eenvoudiger om zonneparken of windmolens te plaatsen, dus een groot deel van duurzame opwek komt in het gebied van Enexis terecht.
“We sturen strak op efficiency”, aldus Vogt, “hebben ons ten doel gesteld steeds efficiënter te worden door onze primaire processen sterk te vereenvoudigen. De Autoriteit Consument en Markt benchmarkt ons. Dat is schipperen tussen betaalbaarheid en financiering. Persoonlijk vind ik dat de ACM goed heeft geluisterd als het over transport van gas gaat, maar minder waar onze grootste financiële uitdaging ligt; daar waar het elektriciteitsvervoer betreft.”
En dan zijn er nog die aandeelhouders: in het geval van Enexis vijf provincies en 88 gemeenten. Vorig jaar werd met een groot deel van die partijen een zogenaamde ‘converteerbare hybride aandeelhouderslening’ van 500 miljoen euro overeengekomen. Mariëlle Vogt is trots op dat nieuwe instrument, maar met zoveel partijen had de totstandkoming veel voeten in de aarde.
De CFO: “Die aandeelhouders lieten weten ‘Ja, maar we willen het wel van Enexis zélf horen’. Dus zijn we op roadshow gegaan, door heel Nederland. Om uit te leggen waarom hier sprake was van een goede en maatschappelijk verantwoorde propositie. Ik was toen nog directeur finance en heb zelf bijvoorbeeld de gemeenteraad van Stadskanaal toegesproken. Stadskanaal droeg 1,9 miljoen van dat halve miljard bij.”
Vreemd en eigen vermogen
Over dat nieuwe instrument: “Bij een hybride lening gaat het om vreemd en eigen vermogen. Na afsluiting geldt dat de helft van het bedrag bij rating agency S&P onmiddellijk eigen vermogen is. Dat geeft meer financiële mogelijkheden. Ik zei al dat voor ons de kredietwaardigheid, in ons geval minimaal een A rating, van groot belang is, die mogen we niet verliezen. Convertible staat er hierbij voor dat we, wanneer nodig, ook die andere 250 miljoen euro naar eigen vermogen kunnen omzetten.”
De uitdagingen waarvoor Enexis Groep staat, gaan ook op voor Stedin en Alliander, die twee andere regionale netwerkbedrijven. Zo moet Stedin – actief in Utrecht, delen van Zuid-Holland en Zeeland – alle bestaande verdeelstations uitbreiden en nieuwe realiseren. Omdat verwacht wordt dat in met name de provincie Zuid-Holland de vraag naar elektriciteit tot 2050 gaat verdubbelen tot verdrievoudigen.
Alliander – monopolist in Gelderland, Friesland, Noord-Holland, Flevoland en andere delen van Zuid-Holland – verwacht dat ondernemers en consumenten komende jaren langer op een aansluiting of extra capaciteit zullen moeten wachten dan gewenst is. Daarbij wijzen partijen ook op de verwachte vervijfvoudiging komende tien jaar van de elektriciteitsvraag door datacentra en de voorspelbare verdubbeling van het aantal laadpalen voor stekkerauto’s.
Regie-rol in energiedomein
Enexis Groep wil mede richting geven aan het energiesysteem van de toekomst en slim investeren in betrouwbare energie infrastructuur. De regionale netbeheerder zit met ruim 46.000 kilometer gasleiding en 142.000 kilometer elektriciteitskabels tussen energieproducent/leverancier en de eindklant in. Voor de CFO geldt dat ze naast al die investerings- en verdienmodel uitdagingen ook nog eens het ‘gewone’ werk heeft.
“Zo zijn we afgelopen 4,5 jaar voor finance van ons oude SAP landschap R3 overgegaan op het intelligente ERP-systeem SAP S/4HANA, dat was echt een mega-operatie”, legt ze uit. “Ik zat in de stuurgroep en ben trots op hoe finance en de business deze implementatie hebben gerealiseerd. We kenden in die tijd binnen finance drie prioriteiten: SAP, SAP, SAP.”
“Minder voorspoedig is het programma Resultaatsturing, waarvoor ik verantwoordelijk was, gelopen”, vervolgt ze. “Dit programma was gericht op het verhogen van de kloksnelheid van ons bedrijf; dat zijn we in 2017 gestart, met name gericht op gedragsverandering. Bijvoorbeeld op gebied van transparantie, eigenaarschap tonen en elkaar aanspreken. We begonnen met de review gesprekken, ook geïnspireerd door acteurs tijdens onze top 80 bijeenkomst. Na een veelbelovend begin, zijn we toch nog niet gekomen waar we als bedrijf zouden willen zijn.”
Zacht en hard verbinden
Vanwaar die valse start? “Achteraf gezien hadden we in 2017 niet alleen op de 'zachte' kant moeten inzetten, maar gelijktijdig de 'harde' kant, bijvoorbeeld goede opbouw en doorcascadering van KPI's, moeten inzetten. Vanuit de business is enige jaren geleden het initiatief Operationeel Sturen gestart, gebaseerd op het Lean gedachte goed, wat zowel de 'zachte' en 'harde' kant verbindt en met elkaar in evenwicht brengt. Dit programma heeft veel meer succes gebracht en dat zijn we nu Enexis breed aan het uitrollen.”
Haar financeteam is 140 man sterk, bij Enexis Groep werken in totaal bijna 5000 mensen. Met haar finance beleid kijkt de CFO tien jaar vooruit. Door dat vroege vooruitkijken beschikt ze over genoeg ruimten om bij te sturen. Haar manier van leidinggeven? “Betrokken, resultaat-, maar zeker ook mensgericht”, antwoordt ze. “Ik vraag regelmatig feedback en krijg dan terug dat ik zorg voor een heel veilige omgeving. Dat kan mede, omdat ik me kwetsbaar durf op te stellen. In sommige dossiers geef ik veel ruimte, in andere zit ik juist dicht op de bal.”
Over haar missie bij Enexis: “Ik wilde niet alleen maar voor die jaarlijkse groei van cashflow gaan, lees: dat beursgenoteerde bedrijf. Maar miste aan de universiteit vervolgens toch ook weer dat bedrijfsmatige. Nu, bij Enexis Groep, zit ik op mijn plek. Inderdaad, dat beste van twee werelden. ‘Ik maakte deel uit van de energietransitie, ik zat daar midden in!’ Ja, dat kan ik straks dus zeggen. En dat vervult me met trots.”