Willem Burgers en Leo van de Voort: “Doen we nog mee in Nederland? Of eten we onze eigen toekomst op?”

Kapitaal moet renderen. Het vloeit – in tegenstelling tot water – altijd naar het hoogste punt. En het blijft dat doen, wat politici of ‘Rijnlandse bestuurders ‘waar ook ter wereld’ daar ook van vinden. De kapitaalmarkt verlangt realisatie van (kasstroom)potentie: hidden value (vanuit immateriële activa, nieuwe concepten, reële disrupties), benutting van talent en human resources, en absolute outperformance ten opzichte van de concurrentie. Dat lukt slecht in Nederland.
Exchange Traded Products
Euronext Amsterdam is feitelijk een ‘goedkoopte-eiland’, met name voor small- en midcaps: aandelen die nauwelijks nog worden gevolgd door analisten en beleggers. Dat leidt tot een ‘Dutch discount’ van gemiddeld twintig procent.
Wij zien drie oorzaken. 1) De opkomst van het zogenaamde ‘gemaksbeleggen’ in Exchange Traded Products (ETPs) – passief beleggen in een index-product tegen lage kosten – en het toegankelijk worden van Private Equity voor particuliere beleggers, leiden tot een structurele verkoopdruk in individuele aandelen. Daarnaast 2) de beperkte risk-appetite van Nederlandse beleggers en pensioenfondsen. Zij prefereren vastrentende waarden boven risicovollere aandelen. En ten slotte – en dat vinden wij ernstiger – 3) de geringe interesse bij bestuurders voor deze mismatch. Wij horen ze nooit klagen over deze discount. Deze desinteresse uit zich vooral in een gebrekkige kapitaal allocatie: de verdeling van de jaarlijkse winst over (in willekeurige volgorde): (1) investeringen (2) dividend (3) inkoop eigen aandelen, (4) winstinhouding.
Lees ook op CFO.nl: Derk-Jan van der Wal en Jaap van Everdingen (EY): “No battle plan ever survives first contact with the enemy.”
Wij zien twee speerpunten die in de praktijk geringe aandacht krijgen. Ten eerste bij een dergelijk onderwaardering past een gerichte, gedoseerde en gedisciplineerde inkoop eigen aandelen. En, ten tweede, investeringen in beloftevolle trajecten voor toekomstige positieve kasstromen. Dat komt nauwelijks van de grond.
Dat maakt ons tot luilekkerland voor koopjesjagers. Bekende voorbeelden van de laatste jaren: Boskalis, Hunter Douglas, Ordina, Renewi, Beter Bed Holding, Volker Wessels. En nog dit jaar: B&S Group en Just Eat Takeaway. En de lijst van nog niet zo lang geleden is nog groter (Accell, DPA, Koninklijke Ten Cate, ICT Group, etc.).
Dit klemt volgens ons langs drie kanten. Het gemak waarmee bestuurders van deze discount weg kunnen kijken, maakt ze risico avers. En strategisch lui. Daar moeten zij op worden aangesproken. Het leidt tot direct (via opkoop door buitenlandse spelers) of indirect (via private equity naar buitenlandse kopers) tot een schraal vaderlands ondernemingslandschap. Tenslotte zet het een rem op noodzakelijke investeringen in innovatie.
De wereld verandert. Onvoorspelbaar. Complex. Vol risico’s én kansen. Juist nu vraagt leiderschap méér dan alleen cijfers. Het vraagt visie. Lef. Kompas. Tijdens 𝗘𝘅𝗽𝗲𝗱𝗶𝘁𝗶𝗲 𝗖𝗙𝗢 gaat een selecte groep CFO’s het avontuur aan door een landschap vol onzekerheid. Geen standaard conferentie, een dag vol reflectie, strategische verdieping en inspiratie.
Deze dynamiek vergt een noodzakelijke reflectie op hetfinancieel-economische ecosysteem van Nederland in een competitief landschap. Doen we nog mee in Nederland? Of eten we onze eigen toekomst op?
Bespreking van de kapitaalallocatie moet een punt zijn dat hoog op de agenda van de Algemene vergadering van Aandeelhouders (AvA) staat.
Opdat het juiste gesprek wordt gevoerd. En op tijd.
Willem Burgers, Noesis Capital (oprichter en voormalig beheerder Orange Fund en Add Value Fund)
Leo van de Voort, Value Enhancement Ventures (voormalig directeur corporate finance Kempen & Co).