Dijsselbloem betuttelt ondernemingen
Dat lijkt te lukken. In EU verband werd besloten de verplichte kwartaalrapportage voor beursgenoteerde ondernemingen uit de EU Transparantierichtlijn te halen. Sinds 29 januari van dit jaar geldt ook in Nederland geen verplichting meer.Mooi. Probleem opgelost zou je denken. Beursgenoteerde ondernemingen kunnen nu zelf beslissen of ze wel of niet tussentijds rapporteren. Maar dat is buiten de waard gerekend. Dijsselbloem vreest dat aandeelhouders ondernemingen onder druk zullen zetten om toch met kwartaalcijfers te komen. Het liefst zou hij het publiceren van kwartaalcijfers daarom verbieden, maar we leven hier niet in Noord-Korea, dus koos hij voor de indirecte aanpak. Hij schreef de Commissie Van Manen, die zich bezighoudt met goed ondernemingsbestuur, een brief met daarin de dringende overweging om in de code Tabaksblat extra aandacht te besteden aan de mogelijk negatieve gevolgen van het publiceren van kwartaalcijfers door beursgenoteerde ondernemingen.De vraag dringt zich op of Dijsselbloem geen dringender zaken te doen heeft dan zich te bemoeien met een kwestie die verder in goed overleg tussen ondernemingsbestuur en aandeelhouders geregeld moet worden.Van beursgenoteerde ondernemingen mag verwacht worden dat zij, ondanks de hectiek van het moment, een duidelijke lange termijnstrategie hebben die als leidraad dient. Het is ook niet meer dan logisch dat zij hun aandeelhouders op regelmatige basis informeren over de stand van zaken. Grote internationale ondernemingen hebben bovendien te maken met buitenlandse aandeelhouders die deze vorm van transparantie eisen.Over de vraag of de kwartaalrapportage hiertoe een geëigend middel is, valt te discussiëren. Als bedrijven alleen de minimaal vereiste informatie verstrekken zonder toelichting voegt het weinig toe en kan deze rapportage weggelaten worden. Ondernemingen kunnen deze gelegenheid echter ook gebruiken om de banden met hun aandeelhouders aan te halen door bijvoorbeeld een korte voortgangsrapportage te geven of door in te gaan op een onderdeel van de strategie of zaken als duurzaamheid. Ook deze informatie is belangrijk voor aandeelhouders.Onterecht gaat de minister ervan uit dat alle beleggers uit zijn op snelle winsten. Natuurlijk speelt rendement een rol, maar een belangrijk deel van de aandeelhouders bestaat uit grote institutionele beleggers die vaak een lange termijn beleggingshorizon hebben. Zij hebben juist belang bij ondernemingen die investeren in R&D en die toekomstgericht zijn omdat verschillende onderzoeken aantonen dat deze ondernemingen op de lange termijn over het algemeen betere resultaten halen.Transparantie is het sleutelwoord in deze tijd en ook beursgenoteerde ondernemingen zijn erbij gebaat om transparant naar hun aandeelhouders te zijn. Dat is gewoon een kwestie van goede investor relations en dat kost nu eenmaal tijd en geld. Overigens kan dit in deze tijd van automatisering, dashboards en BI-systemen best meevallen. Veel van de informatie moet bovendien toch al worden opgehoest voor toezichthouders.Ik hoop dat de Commissie Van Manen over de wijsheid beschikt om even af te wachten voor ze de code aanpast en de partijen de kans geeft zelf tot een aanvaardbare oplossing te komen. Ik verwacht in tegenstelling tot Dijsselbloem niet dat een verbod op het publiceren van kwartaalrapportages veel zal veranderen aan de instelling van aandeelhouders. Er zullen altijd snelle jongens zijn die gaan voor de korte termijn en partijen die gaan voor de lange termijn. Het is aan bestuurders van ondernemingen om hier op een goede manier mee om te gaan en zich niet van de wijs te laten brengen. Uiteindelijk zijn niet de rapportages maar de resultaten doorslaggevend.