Te kort door de bocht
Een van die agendapunten is het flexibeler maken van de arbeidsmarkt. “Een vast contract is een leugen. Want als er geen werk is, heb je ook geen contract meer”, stelt De Boer. Een logica waar niets op af te dingen valt. Het liefst ziet hij iedereen ZZP’er worden of, als dat niet kan, in flexcontracten werken. Voor een discussie over de voor- en nadelen van flexwerk, voelt hij vooralsnog niets. “In een slechte economische situatie heeft het weinig zin om te discussiëren over de voor- en nadelen van flexwerk. Dat is zoiets als ‘schilderijen verhangen op de Titanic’.”Toch is het een discussie die gevoerd moet worden omdat het aantal flexwerknemers gestaag groeit. Ondernemingen zien zich geconfronteerd met snelle veranderingen en moeten de flexibiliteit hebben om hier snel op te reageren. Voor veel hooggeschoolde werknemers met ervaring is dit vaak geen probleem. Zij kiezen er bewust voor om als zelfstandig ondernemer te opereren en zich op projectbasis te laten inhuren. Er is echter een grote groep die deze keuze niet heeft en wordt gedwongen tot het zelfstandig ondernemerschap of flexibele contracten. Zij hebben weinig rechten en zijn vaak niet in de mogelijkheid hier iets tegen te doen. Juist hier ontstaat veel maatschappelijke commotie en weerstand. In het huidige tijdperk van social media kan deze sociale onrust een reputatierisico vormen als ondernemers te ver gaan in hun drang naar flexibilisering. Ik ben het met De Boer eens dat werknemers een eigen verantwoordelijkheid hebben als het gaat om employability. Net als ondernemingen moeten zij zich weerbaar maken tegen snelle veranderingen op de arbeidsmarkt. Ze mogen hierbij echter wel enige hulp krijgen. In het nieuwe krachtenveld moeten spelregels worden opgesteld die de belangen van werknemers en werkgevers dienen. Daarbij moet worden gekeken hoe het huidige ontslagrecht zo kan worden aangepast dat het geen rem vormt op het in vaste dienst nemen van mensen. Verworven rechten zullen daarbij wellicht plaats moeten maken voor de nieuwe realiteit. Daarnaast zou er gekeken moeten worden hoe we het toenemend aantal flexwerkers een vorm van bescherming kunnen bieden zodat zij niet onmiddellijk aan de bedelstaf raken door een ongeluk of tijdelijke werkloosheid en zich kunnen blijven ontwikkelen. De economie is niet alleen gebaat bij flexibiliteit maar ook bij een toenemend consumentenvertrouwen en koopkracht. Consumenten die onzeker zijn over hun baan of die hun koopkracht zien dalen, zullen de hand stevig op de knip houden en dan ontstaat er een kip-ei situatie.De opstelling van De Boer is dan ook te kort door de bocht. Als hij de door zijn achterban gewenste flexibilisering van de arbeidsmarkt wil bewerkstelligen , zal hij toch moeten praten over de spelregels. Monique Harmsen is Hoofdredacteur van CFO Magazine