Tjalling Palmbergen: “CFO moet verder kijken dan traditionele financiële indicatoren.”

Brutomarge per FTE maakt bedrijven veel beter vergelijkbaar.
Oud-financieel directeur en docent Tjalling Palmbergen pleit in zijn pas verschenen boek ‘Financieel Management van organisaties’ voor nieuwe indicatoren om bedrijfsprestaties te meten en beoordelen. De belangrijkste indicator zou de bruto-marge per fulltime-equivalent moeten zijn. “Een bruto-marge van 125.000 euro fte moet genoeg zijn.” Dat zegt de oud-CFO van onder meer Thales Nederland, BBDO Amsterdam en de Troost Pernis Groep in een interview met onze collega’s van Financieel-Management.nl.
  • Bruto-marge per fte als centrale prestatie-indicator biedt beter beeld
  • Methode stimuleert een meer ethische en duurzame bedrijfsvoering.
  • Implementatie vereist cultuuromslag en herziening van financiële opleidingen.

Palmbergen wil met zijn boek ‘Financieel Management van organisaties’ zijn jarenlange ervaring delen en een bredere kijk op financieel management bieden, dan de traditionele bedrijfseconomische boeken. De vakliteratuur over bedrijfseconomie, management accounting en financieel management zijn volgens hem ‘nog altijd sterk gericht op de grootschalige fabrieksomgeving’. Dit, terwijl in de economisch-verder ontwikkelde landen meer dan driekwart van de economische activiteit plaatsvindt in kleinschalige, dienstverlenende organisaties.

“Als het slecht gaat met het bedrijf, heb je vaak minder eigen vermogen nodig. Dus kun je daarop interen”

Als betrokken CFO kun je samen met vakgenoten invloed uitoefenen op de toekomst binnen jouw sector. Bespreek belangrijke trends, ontwikkelingen en strategieën tijdens onze online CFO.nl Panels. Geïnteresseerd in kosteloze deelname? Bezoek CFO.nl/panel voor meer informatie en sluit je aan.

Kleine en grote bedrijven

In zijn boek voor het HBO gaat de meervoudig oud-CFO in, op het financieel management van kleine en middelgrote dienstverlenende organisaties (waar het productieproces voornamelijk uit dienstverlening bestaat). Toch wijst hij er op dat het boek –Palmbergen spreekt zelf van ‘een praktische toolbox’– breder toepasbaar is. Volgens de oud-CFO zijn de inzichten geschikt voor zowel studenten, docenten bedrijfseconomie, accountancy als voor professionals, die actief zijn in het bedrijfsleven of bij non-profit organisaties en overheidsinstellingen. Dus ook voor instellingen die PE-punten vragen.

Eigen vermogen vs bruto-marge

Het boek staat vol met inzichten die ‘vernieuwend zijn’. Een ‘eye-opener’ is bijvoorbeeld Palmbergens voorstel om eigen vermogen uit te drukken als percentage van de bruto-marge (in plaats van het balanstotaal, zoals nu vaak gebeurd). Palmbergen: “Zo leg je een direct verband tussen enerzijds het eigen vermogen en anderzijds de daadwerkelijke waardecreatie van het bedrijf.”  Hij wijst er op dat dit overigens óók geldt voor de omzet ‘omdat deze manipuleerbaar is door extra in- en verkoop zonder marge.’

Dividend vs eigen vermogen

Ongebruikelijk is ook zijn benadering van dividend. Palmbergen vindt namelijk dat korte metten moet worden gemaakt met het gebruik om meer dividend uit te keren naarmate de winst stijgt. “Want als het slecht gaat met het bedrijf, heb je vaak minder eigen vermogen nodig. Dus kun je daarop interen en meer dividend uitkeren.”, aldus de docent.

Gouden standaard

Opvallend is vooral zijn voorstel om in financiële rapportages ‘cijfers per fte’ centraal te stellen -in plaats van absolute cijfers- met de bruto-marge per fte als belangrijkste prestatie-indicator. De bruto-marge per fte als gouden standaard biedt volgens Palmbergen namelijk verschillende voordelen.

Ten eerste maakt het een betere vergelijkbaarheid tussen bedrijven mogelijk, ongeacht hun grootte. “Een klein consultancybedrijf met 10 medewerkers kan nu direct vergeleken worden met een multinational met duizenden werknemers,” legt Palmbergen uit. “Als beide een zelfde bruto-marge per fte halen, weet je dat ze, ondanks hun verschillende grootte, even efficiënt opereren.”

Norm voor winst voor belastingen

Ten tweede vormt de bruto-marge per fte volgens Palmbergen een veel stabielere en minder manipuleerbare maatstaf, dan bij traditionele financiële ratio’s het geval is. “Je kunt het balanstotaal heel gemakkelijk manipuleren,” waarschuwt hij. “Je kunt bijvoorbeeld al je activa eruit gooien en geld voor krijgen. Kortom, je schulden ermee aflossen om prachtige ratio’s tevoorschijn te toveren. Als je het eigen vermogen afmeet aan de bruto-marge kan je veel minder van dat soort trucjes uithalen.” Palmbergen tekent daarbij nog aan dat er niet alleen een norm bestaat voor de brutomarge per fte maar ook normen voor de verschillende kostensoorten en de winst voor belasting per fte.

Ook voor overnames

Een derde voordeel van de bruto-winstmarge als centrale prestatie-indicator is dat het een goede basis voor een scherpe en ethisch verantwoorde strategie biedt. Of het nu gaat om overnames, investeringen of reorganisaties, de bruto marge per fte biedt een solide basis voor besluitvorming. “En als die te laag ligt, kun je op een snelle manier tot de conclusie komen dat een overname geen goed idee is, dat er mensen uit moeten of dat er moet worden geïnvesteerd in opleidingen – dat er iets moet gebeuren in elk geval.” Palmbergen stelt ook een duidelijke normstelling voor: genoemde 125.000 euro bruto marge per fte voor commerciële bedrijven en 100.000 euro voor non-profitorganisaties en overheidsinstellingen. Dat stemt in de regel overeen met een winst van 20 procent. “En dan doe je het goed: een winst van 20 procent is voor iedereen acceptabel. Niet te hoog en niet te laag.”

Bepaal jij wat AI voor je doet, of bepaalt AI straks wat jij zult doen? Kom hierover in gesprek op 7 november met 300 vakgenoten en experts tijdens Leadership in Finance Summit 2024 in Amersfoort. Meld je nu gratis aan en ontdek hoe AI jouw rol van finance leader herdefinieert.

 

Gerelateerde artikelen