Bedrijfsleven risicomijdend? “Mis je de boot, dan haal je achterstand niet meer in”
Nieuwe energie, ideeën en groei: ondernemen over de grenzen bracht ondernemer en voorman van Ondernemend Nederland (ONL) Hans Biesheuvel heel veel. “Ik ben al dertig jaar ondernemer. Ik heb onder andere bouten, verfkwasten en moeren in het buitenland verkocht. Het is altijd fantastisch om met Hollands vakmanschap kansen te vinden. Toch zie ik om me heen dat ondernemers er tegenop zien. Het kost tijd, het is ver weg en duur en mensen kennen de cultuur niet, hoor je dan.”
Biesheuvel ontmoet heel veel ondernemers, maar ziet maar weinig bedrijven internationaal actief worden. Terwijl uit veel onderzoeken blijkt dat de groeikansen buiten Nederland liggen, zegt hij. “50 procent van de export komt van het mkb. Slechts 10 procent van de bedrijven is daar verantwoordelijk voor. 90 procent is gericht op het binnenland.”
Risicomijdend wil Biesheuvel het Nederlands bedrijfsleven niet noemen. Er zijn heel veel grote bedrijven actief over de landsgrenzen. Wel vertelt hij over enkele tendensen. Hij ziet maar weinig mensen die de stap durven zetten. “Over het algemeen zie ik dat mensen ambitieus zijn, maar doorzetten en doen is toch wel lastig.”
Ondernemers schrikken volgens Biesheuvel terug op het gebied van financiering, wanneer dit betekent dat er een eigenaar bijkomt. Een ander punt: “Traditioneel kijkt men voor financiering naar de bank. Lukt het daar niet, dan houdt het snel op. Terwijl er ook zoveel alternatieven zijn." Andere zaken waar Biesheuvel op wijst: start-ups zijn nog teveel binnenlands gericht en weinig groeien door naar scale-ups. “Ze zouden vanaf het eerste moment moeten kijken naar internationale kansen en hun product en businessmodel hierop moeten inrichten.”
Voorzichtigheid
M&A-onderzoeker Killian McCarthy van de Rijksuniversiteit Groningen onthulde vorig jaar cijfers die een beeld tonen van voorzichtigheid. Uit zijn onderzoek bleek dat Nederlandse bedrijven minder buitenlandse overnames doen en als ze het al doen, dit vooral gebeurt in de achtertuin. McCarthy: “Bedrijven zijn vooral actief in Duitsland en België.”
Gevraagd naar de reden, kan McCarthy alleen speculeren. “Ik denk dat er wel een vrees bestaat rond het doen van fusies en overnames. Op een bepaalde manier is dat ook prima, het is een risicovolle manier van zakendoen. Maar het is geen reden om verlamd te raken. Kansen voor organische groei zijn beperkt, groeimogelijkheden liggen vooral in de meer exotische oorden.” Terughoudendheid op dit gebied kan te maken hebben met een gebrek aan kennis, denk hij: “In België is het eenvoudiger uit te vinden wat interessante bedrijven zijn dan in China.”
Verantwoord risico's nemen
Zijn we risicomijdend geworden? Stel je die vraag aan finance-professionals, dan reageert de meerderheid ontkennend: “Ik denk het niet”, zegt Jan de Wilde, partner bij Nielen Schuman. “Ondernemen is het nemen van verantwoorde risico’s. Ondernemend Nederland staat er goed voor. We kunnen constateren dat de economie goed draait. Nederlandse bedrijven willen investeringen doen.”
“Ik denk niet dat we te risicomijdend zijn”, zegt ook Joep van der Heiden, hoofd van de loan products group NL bij Rabobank. Wel wijst hij op de effecten van de kredietcrisis die wellicht nog naijlen. “De crisis zorgde destijds voor een enorme terugval in vraag en groei. Ik merk wel dat CFO’s nog daarmee in hun achterhoofd lopen. Nu het bijna tien jaar geleden is, zijn we misschien toe aan het moment om dat wat los te laten. Al blijft de groei van de wereldeconomie bescheiden.”
Ook Bart Brouwer CFO van ICT-dienstverlener Detron gelooft niet dat het Nederlands bedrijfsleven risicomijdend is geworden. “De macrocijfers wijzen op groei, al kan het natuurlijk altijd beter.” Ook hij wijst naar de crisis. “Je ziet een consolidatie in de M&A-cijfers. ABN AMRO was in het verleden een internationale speler, nu is het een Nederlands georiënteerd bedrijf geworden. Het is denk ik ook logisch dat je na een crisis meer naar je eigen land gaat kijken.” Een trauma door slechte ervaringen uit het verleden dus? “Meer een gezond uitvloeisel”, zegt Brouwer.
Groeien door overnames
Minder overnames wil ook niet perse zeggen dat men risicomijdend is. Of je door overnames succesvol kunt groeien, verschilt sterk per sector, denkt Johan Benning, CFO van trading company IMC. “Kijk je bijvoorbeeld naar AB ImBev en de markt waarin ze opereren, dan begrijp ik dat er een grote consolidatieslag heeft plaatsgevonden. De biermarkt was tot op zekere hoogte zeer gefragmenteerd, de overnames hebben geleid tot een zeer hoge mate van efficiency in productie- en logistieke processen. Bovendien kunnen dergelijke bedrijven een brede brands portfolio opbouwen en met global brands gaan werken.”
In andere sectoren ligt het veel minder voor de hand, denkt Benning. “Voor IMC is opschalen ook belangrijk, maar fusies en overnames zijn binnen onze tak uitzonderlijk, vanwege de onzekerheden die daarbij komen kijken. Geen enkele partij wil bijvoorbeeld inzage geven in de algoritmes waarmee ze werken. En het is de vraag wat er gebeurt met het personeel. Blijven ze wel loyaal of vertrekken ze? In deze sector zie je daarom meer organische groei.”
"Internationaal speelveld instabiel"
Toch zijn er wel belangrijke redenen voor terughoudendheid in het bedrijfsleven. De Brexit, de verkiezing van Donald Trump en de toestand in Turkije worden genoemd. Van der Heiden: “De wereld is onvoorspelbaarder geworden.” Bart Brouwer van Detron: “Het internationale speelveld is minder stabiel dan een aantal jaren geleden. Wij kiezen er als ict-dienstverlener bewust voor om ons op Nederland te richten. Hier is nog veel laaghangend fruit.”
Brouwer denkt verder dat de moeizame verstrekking van kapitaal bedrijven belemmert. Er is op dit moment gebrek aan goede financiering, die het voor bedrijven lastig maakt. Brouwer: “De bancaire financiering van het bedrijfsleven is op slot gegaan na de crisis. In de jaren ‘70 en ‘80 was het ook lastig. In de jaren negentig werd er juist meer risicodragend kapitaal verstrekt. Sinds de crisis is dat weer teruggedraaid. Je moet met meer dan een goed plan komen, anders krijg je geen geld.”
Het vreemde is wel dat er op zich meer geld beschikbaar is, door de lage rentes, zegt Brouwer. “Mensen zoeken wel een bestemming voor hun kapitaal buiten de bank. Je zou verwachten dat er wel een risk appetite is. Maar toch is dat niet zo. Mensen zijn heel voorzichtig.”
Bovendien is de markt veranderd, denkt de CFO van Detron. Bedrijven zijn niet meer zo “rotsvast” als vroeger: “Sommige bedrijven groeien heel hard, maar dat heeft weinig te maken met een balanswaarde die erachter zit. Vergelijk AccorHotels dat vastgoed op de balans heeft staan met een bedrijf als AirBnb, waarvan de koers veel hoger ligt. Het is allemaal veel vluchtiger geworden, met grote fluctuaties die kunnen leiden tot grote winsten, maar ook tot grote verliezen.”
"Banken juist weer scheutiger"
Van der Heiden denkt juist dat het goed is dat bedrijven ondanks de lage tarieven en rentes niet rücksichtslos overgaan tot schuldfinanciering. Aan de andere kant merkt hij dat er wel degelijk investeringen op gang komen als er vertrouwen is in een nieuw product of dienst. “In de online retail waar het business model snel aan het veranderen is, merk ik geen twijfel. Men is bereid forse investeringen te doen in grote distributiepunten of online platforms.”
De Wilde ziet juist ook dat kapitaal makkelijker wordt verstrekt. “Banken zijn weer scheutiger. En er zijn ook veel alternatieve financiers opgestaan, die de rol van banken hebben overgenomen.” De Wilde herkent veel voorbeelden van Nederlandse bedrijven die met groot succes hebben geïnvesteerd. Nielen Schuman haalde voor Suitsupply financiering onder andere op via de in Nederland relatief onbekende unitranchelening. De Wilde: “Dat is een voorbeeld waarin we zien dat andere partijen dan banken financiering verstrekken. En dit wordt steeds populairder.”
Behalve de uitkoop van de aandeelhouders, haalde het bedrijf hiermee ook groeikapitaal op om winkels in het buitenland te kopen. De Wilde: “Dat is heel succesvolle stap geweest. Of neem Action, die met succes in buitenlandse winkels hebben geïnvesteerd. Het zijn voorbeelden van Nederlandse bedrijven die een succesvolle expansie-strategie hebben uitgevoerd, door gezonde en beredeneerde risico’s te nemen.”
Boot missen
Grote investeringen of niet? De huidige tijd vraagt in ieder geval meer van bedrijven, denkt CFO Johan Benning van IMC. De oorzaak hiervan ligt mede in de technologische ontwikkeling. Benning: “Je kunt alleen meedoen als je de technologische mogelijkheden hebt en investeringskracht. Dat is voor ons heel actueel. Twintig jaar geleden waren er nog eenpitters te vinden op de beursvloer. Tegenwoordig worden de ‘markten gemaakt’ door een twintigtal wereldwijd operende bedrijven. Het speelveld is niet meer de beurs van Amsterdam, maar alle grote beurzen over de hele wereld. De benodigde investeringen zijn groot, er zijn echt barriers of entry ontstaan.”
Stilstand kunnen we ons niet veroorloven, denkt Biesheuvel. Constante vernieuwing en investeringen zijn nodig, want bedrijven die de boot missen, halen de achterstand nauwelijks meer in: “In de snelheid van de economie van nu waarin vooruitkijken lastig is, is het van belang dat je permanent blijft vernieuwen. Voorheen maakte je een vijfjarenplan. Nu kun je niet eens meer vijf maanden vooruit kijken. Je moet wendbaar blijven en je innovatiekracht hoog houden. Dat gaat niet vanzelf, dat vraagt om investeringen”, zegt Biesheuvel.
Ook De Wilde denkt dat de snelle veranderingen in de wereld veel vragen van bedrijven. Het gaat echter niet zozeer om het nemen van risico’s, maar om ontwikkeling. “Vooral bedrijven die te maken hebben met technologische innovatie moeten sneller het wiel opnieuw uitvinden. Dat vraagt om investeringen.”
Hoewel er ook bedrijven zijn zoals Uber, dat voor 680 miljoen euro een bedrijf voor zelfsturende auto’s overnam, dat pas een half jaar bestond, haalt De Wilde aan: “Het geeft aan dat er bedrijven zijn die op een hele andere manier naar M&A kijken. Voor Uber is het een manier om die kennis binnen te krijgen. Ze zijn natuurlijk zo groot dat ze het kapitaal hebben om dit te doen. Nederlandse bedrijven zie ik dit nog niet zo snel doen.”
"Groeien of sterven"
M&A-onderzoeker McCarthy wijst op de globale verwevenheid van de economie en de gevaren die daardoor kunnen ontstaan. In de jaren negentig was het nog wel prima om enkel te focussen op Europa of het Westen en veilige besluiten te nemen. McCarthy: “De groei van sommige Aziatische bedrijven kwam als een verrassing. Toen ze er ‘ineens’ waren, vormden ze een probleem. In strategisch opzicht is het duidelijk: het is groeien of sterven. Je kunt niet gaan zitten wachten op anderen die het proberen en wellicht falen. Want er zijn er altijd bij die wel zullen slagen.”
Ondernemen is risico nemen is het oude adagium, zegt ook CFO Brouwer. Maar hij pleit wel voor maat houden: “Als je geen risico neemt, kom je nergens. Maar neem je te veel risico, dan kan dat ook het laatste risico zijn dat je neemt.”
—————————————————————————————————————————
Heeft u als organisatie ook nog een andere keuze dan zoals AB InBev hoog spel te gaan spelen? Is het definitief tijd om het adagium ‘Better safe than sorry’ achter ons te laten? Maakt de dynamiek op onze markten vandaag de dag business steeds meer tot een pokerspel waar we all-in gaan of passen? Kom naar de Corporate Finance Summit, op donderdag 16 maart in Amersfoort en discussieer mee over deze prangende vragen. Hoor van rasondernemer Maasbert Schouten of hij vindt dat het Nederlands bedrijfsleven voldoende lef heeft en leer van professioneel pokerspeler Floris van der Ven hoe hij omgaat met risico's. Kijk hier voor meer informatie over het programma.