“Beste willen zijn is niet essentie van het leven”

Niet het goud , maar de weg ernaartoe, maakte oud-zwemmer Maarten van der Weijden gelukkig. "Wat mij pakt is een doel stellen en ervoor gaan."

Het was een enorm succes: de gouden medaille die Maarten van der Weijden won tijdens de Olympische Spelen in 2008. Op Jaarcongres Finance Transformation (thema: Maximize Happiness), vertelt de atleet in een sessie gefaciliteerd door Steens & Partners, wat hij van dat moment en eerdere ervaringen geleerd heeft over geluk.

Een jaar voor de Spelen stelt zijn coach Marcel Wouda hem een vraag: “Geloof jij dat wij Olympisch goud kunnen halen?” Van der Weijden vindt het een lastige vraag. Hij beseft zich dat veel concurrenten sneller kunnen zwemmen. Maar niet meegaan in de droom kan consequenties hebben voor de samenwerking, weet hij ook.

Lees ook: Finance Transformation, "Zonder happiness geen resultaat" (verslag)

“Opeens wist ik het”, zegt Van der Weijden. “Ik geloof erin, maar de kans op succes is klein. Als anderen een slechte dag hebben en ik boven mezelf kan uitstijgen, dan is het mogelijk”, besluit de openwaterzwemmer. Wouda concludeert dat ze dus een jaar voor de Spelen een kans zien. Wat ze nu te doen staat, is elke dag die kans op succes ietsje groter maken. Is Van der Weijden bereid elke dag keuzes te maken voor het zwemmen? Van der Weijden: “Ik dacht: ‘Dat doe ik toch al. Ik woon in Eindhoven voor het zwemmen, ben met mijn studie wiskunde gestopt. Maar Marcel heeft nog wel een paar ideetjes.”

Zuurstoftent

Eén van die ideeën is het slapen in een zuurstoftent, waardoor het aantal rode bloedcellen toeneemt. Dit maakt betere prestaties mogelijk. Er zijn wel minpunten: “De tent was klein en warm en het apparaat maakte herrie.” Erger nog is dat de huisarts na enkele maanden geen verschil kan zien in de bloedwaarden van Van der Weijden. De oplossing is dat de atleet nog langer (15 uur per dag) in het tentje moet zitten. Van der Weijden: “Mijn leven bestond toen uit trainen en het tentje.”

Het tweede idee van Wouda heeft met vroeg opstaan te maken. Daar heeft Van der Weijden moeite mee. Probleem is dat de Olympische finale 's ochtends plaatsvindt. De oplossing van Wouda is een bril met rare lampen erop, om sneller wakker te worden. Van der Weijden gekscherend: “Ik sliep in het tentje. Ik ging ontbijten met mijn lichtbril op en fietste daarmee naar het zwembad.”

"Wat heb jij een vreselijk jaar gehad", zeiden mensen achteraf tegen hem. Maar was het echt zo erg? Nee. Terugkijkend concludeert hij: “Het is een heel fijn jaar geweest.” Want voor Van der Weijden zat het geluk niet in het zwemmen zelf, ontdekte hij. “Wat mij pakt is een doel stellen en ervoor gaan. Toen ik stopte met topsport, ging ik wel door met zwemmen. Maar ik vond het vreselijk. Zonder doel is zwemmen gewoon heen en weer gaan. Stilstand.” Vreemd is het dus niet dat hij het wel uitdagend vindt om na zijn zwemcarriere aan de slag te gaan bij Unilever, waar hij zich onder andere met vaatwasblokjes bezighoudt. De tegenstelling met topsport lijkt fors maar: “Ik wist niks van vaatwasblokjes, dus dan is de uitdaging extra groot.”

Presteren essentie?

Ook speelden inzichten mee die hij opdeed tijdens zijn ziekte. In 2001 werd bij Van der Weijden leukemie geconstateerd. Een periode vol behandelingen in het ziekenhuis volgde. “Ik was twintig jaar oud en deed een half jaar lang helemaal niks. Ik lag in bed, keek terug op mijn leven. Altijd was ik bezig geweest met sport en doelen stellen. Ik  vroeg me af of willen presteren de essentie van het leven is. En daar, liggend in het zicht van de vergankelijkheid, kan ik zeggen dat er heel veel zaken belangrijker zijn, dan de beste willen zijn. Zou ik dan moeten gaan leven alsof elke dag mijn laatste dag is? Ik had het geluk te herstellen en probeerde op die manier te leven. Al snel kwam ik erachter dat elke dag dan hetzelfde is. Het werkte niet.”
Van der Weijden gaat weer zwemmen en stelt opnieuw een doel: “Niet om daarmee de Olympische Spelen te winnen, maar vanuit het besef dat als ik een doel stel, ik een fijner leven heb.” En precies daarom was de voorbereiding op de Spelen ook een fijne tijd voor Van der Weijden. “Ik deed de dingen op de manier zoals ik ben.”

Uit die periode in het ziekenhuis stamt ook een gevoel dat bij Van der Weijden in zijn haarvaten zit: “Ik zag dat veel lotgenoten niet herstelden van de ziekte. Dat was gewoon een kwestie van geluk of pech. Het had niets te maken met wat ik deed. Dat gevoel van dankbaarheid, draag ik met me mee.”

Dit gevoel maakt uiteindelijk ook dat hij in 2015 stopt met zijn werk bij Unilever. Juist als hij een grote carrièrekans krijgt, besluit hij het roer om te gooien. “Ik had al geleerd mezelf af te vragen: ‘Wat wil ik nu echt?’ En je daarin niet te laten sturen door verwachtingen of collega’s.” Voor hem is dat meer bij zijn vrouw en dochter zijn en hiernaast meer met dat gevoel van dankbaarheid gaan doen. “Ik besloot me te richten op het inspireren van mensen en vrijwilligerswerk te gaan doen. Dit zal onder andere uitmonden in het zwemmen van de Elfstedentocht, volgend jaar.”

Iets waanzinnigs?

Terug naar het jaar 2008: de dag van de Olympische finale. Van der Weijden schuift in de wedstrijd steeds meer op naar de kop. De zwemmer denkt er tijdens de race aan dat in plaats van frustratie over wat ze niet hebben, ze gefocust hebben op wat ze wel konden veranderen. Hij schuift verder op, naar plek twee. De nummer één is een snellere zwemmer, denkt Van der Weijden. Wat kan hij doen? Opeens weet hij het: “Wat als ik Olympisch zilver kan halen? Dat zou al waanzinnig zijn.” Maar tot zijn verbazing komt hij steeds dichterbij de kop. Blijkbaar kan de nummer één toch niet sneller zwemmen. Ondertussen zet de nummer drie de aanval in, de nummer één gaat erachteraan. Ze verplaatsen zich naar de andere kant van het veld, gunstig voor Van der Weijden. 

Met nog vijftig meter voor de boeg denkt Van der Weijden alleen aan zijn taak en de meters die nog komen. “Ik had alle scenario’s al honderd keer doorgenomen, vooral het winnende. Ik dacht dat ik iets waanzinnigs mee ging maken. Maar niets van dat alles gebeurde. Er ontstond een onwerkelijk gevoel. Ik keek op mezelf neer en dacht: ‘Ik constateer dat ik win.’ Sinds die dag geneer ik me een beetje voor het applaus. Ik denk dan aan al die sporters die er ook alles voor deden. Want eerlijk is eerlijk, ik heb ook veel geluk gehad.”

Maximaal

Dingen die je wel in de hand hebt, zijn: jezelf goed kennen, weten waar je vandaan komt, de bereidheid tonen om hard te werken en kunnen bepalen wat de zaken zijn die je kunt beïnvloeden. Om jezelf te leren kennen is het van belang te onthaasten, goed na te denken over wie je bent en waar je vandaan komt en dat eens op te schrijven, zegt Van der Weijden. Uiteindelijk moet je aan de slag met de vraag hoe je de rest van je leven wilt besteden. Van der Weijden: "Hoe lang dit duurt weet niemand, het enige wat we kunnen doen is de tijd die we hebben maximaal besteden. Accepteer pech, leef jouw leven.”

Gerelateerde artikelen