John Veldman, Koninklijke De Vries Scheepsbouw: “We doen veel zelf”
John Veldman (Koninklijke De Vries Scheepsbouw) is een van de genomineerden voor de Familiebedrijven Award voor Financieel Directeuren. Deze award wordt op donderdag 6 oktober 2016 uitgereikt tijdens de FM Dag in Den Bosch. “Een keertje de lotto winnen maakt je nog niet eigenaar van een Feadship”, grapt John Veldman, financieel directeur bij de jachtenbouwer. Alleen de allerrijksten der aarde kunnen het ultiem geavanceerde vaartuig van dit Nederlandse bedrijf bekostigen. Zo heeft Apple-voorman wijlen Steve Jobs een Feadship laten bouwen, is te lezen in de media. Net als vele andere miljardairs. “Over klanten doen wij geen uitspraken, dat is onze strikte policy. Ik kan de mediaberichten niet bevestigen”, aldus Veldman. Feadship is een joint venture van de familiebedrijven Royal van Lent en Koninklijke De Vries Scheepsbouw. “Wij zijn marktleider in de niche van superjachten. Ik denk dat er hoogstens tienduizend mensen op aarde zijn die het vermogen hebben om een Feadship-jacht te laten bouwen. Dus echt mensen in de bovenste laag van de Forbes lijsten. Van de top tien in deze rijkenlijst kennen wij de meeste mensen ook goed.” Voor de duidelijkheid: de jachten van Feadship vallen in de categorie ‘langer dan 40 meter’. Een bijzonder bedrijf waar de functie van CFO net zo bijzonder is. Veldman vervult nu twee jaar deze functie maar kent de onderneming al veel langer. “Mijn carrière startte voor een accountantsorganisatie. Op een gegeven moment ben ik me af gaan vragen of ik de rest van mijn leven advies wilde geven. Nee, ik wilde het ook uitvoeren. En ik ben ook nog eens een fanatiek zeiler, boten vind ik ontzettend interessant. Toen ik met Koninklijke De Vries Scheepsbouw in contact kwam, was het één en één is twee. Ik werk nu 16 jaar bij dit familiebedrijf, eerst als groepscontroller en nu dus als financieel eindverantwoordelijke.”De gemiddelde leeftijd in het concern, dat zo’n 2 tot 3 megajachten per jaar bouwt, is volgens Veldman ongeveer 40 jaar. De meeste ambachtslieden beginnen tussen hun 16 en 18de levensjaar. “Een werknemer heeft dus de bouw van ongeveer 40 jachten meegemaakt. Kun je nagaan wat een ervaring hier zit.”Een echt familiebedrijf mogen we Koninklijke De Vries Scheepsbouw wel noemen. “De familie is heel erg betrokken, niet alleen als aandeelhouder, maar ook in de bedrijfsvoering. Van de vijf aandeelhouderstakken in het bedrijf zijn er vier actief, ook als bestuurder, in de onderneming. Van de niet actief betrokken aandeelhouderstak is een vertegenwoordiger als commissaris, naast twee niet familiecommissarissen actief," vertelt de CFO. Het bouwen van jachten voor een zeer exclusieve doelgroep is mooi werk maar brengt ook financiële risico’s met zich mee. “Wij bouwen stukproducten op aanneembasis. Het is hartstikke mooi als we een grote klus binnenhalen maar brengt tegelijkertijd ook financiële risico’s met zich mee. Deze projecten, waar tientallen miljoenen mee gemoeid zijn, moeten goed gemanaged worden, met alle stakeholders en de wensen van de klant in ogenschouw. Bij iedere opdracht moeten we als bedrijf weer laten zien wat we waard zijn.” Ondanks de niet altijd evenredig over het jaar verdeelde orderintake heeft de scheepsbouwer er bewust voor gekozen om een relatief klein deel van de productie te outsourcen. “Onze strategie is dat we veel zelf willen doen: van het ontwerp tot aan het interieur. Ongeveer twee derde van de productie gebeurt met eigen mensen, dat is veel in onze sector.” Het voordeel van een flexibele schil is dat het makkelijker is om in te krimpen als de orderintake minder is. Maar Feadship redeneert andersom. Door alles zelf in de hand te houden, is het beter in staat om grip te houden op het bouwproces en kan daardoor beter aan de eisen van de klant voldoen. Zo waarborgt Feadship haar superieure kwaliteit en blijft de orderintake stabiel. “Er zijn wel concurrenten en bedrijven in andere sectoren die veel outsourcen. Dat maakt de financiële beheersing in principe makkelijk, je hoeft alleen maar de juiste contacten af te sluiten. Maar zo’n constructie ontslaat het bedrijf wel van bepaalde verantwoordelijkheden, die liggen dan bij iemand anders. Wij van Feadship vinden dat juist een risico, we willen het zelf doen.”Een andere uitdaging is dat het bouwen van superjachten vanaf 40 meter, met daarbij alle behorende specifieke wensen van de opdrachtgever, maatwerk vereist. Koninklijke De Vries Scheepsbouw, inclusief zijn finance-afdeling, kunnen daardoor nooit iedere keer hetzelfde proces afdraaien. Iedere klus, ieder jaar en iedere maandafsluiting is er eentje op zichzelf.De crisisperiode was een erg moeilijke tijd voor de jachtenbouwsector. De vermogende bovenlaag had logischer iets anders aan zijn hoofd dan het laten bouwen van een jacht. “Waar er eerst nog 100 nieuwbouwcontracten voor jachten vanaf 40 meter en langer werden afgesloten, werden dat er in het slechtste jaar opeens minder dan 10. Wij hebben deze periode benut om mensen aan te nemen en Operationeel Excelleren geïmplementeerd. Hierdoor hebben wij onze kostprijs materieel kunnen verlagen. De markt is in zijn geheel kleiner geworden, dat klopt. Maar de top 5 werven op de wereld, waar wij bij horen, hebben hun orderintake redelijk op peil kunnen houden.” Behalve bij de dagelijkse gang van zaken, wordt Veldman als CFO ook bij strategische en toekomstvraagstukken betrokken. Enkele voorbeelden zijn de opvolging binnen het familiebedrijf, het openen van uitbreidingslocaties, het automatiseren van de processen en het operationeel excelleren van de productie. Wat is er sinds zijn komst verbeterd? “Vroeger was de boekhouding goed georganiseerd, maar wel vooral iets dat achteraf gedaan werd. ‘We zien over een paar maanden wel hoe we er financieel voor staan,’ was een beetje de gedachte. Nu hebben we zicht op de toekomst. ““De familie heeft de finance functie bewust buiten de familie gelaten”, vertelt Veldman verder. “Dat vind ik een goede keuze. De CFO moet ten alle tijde onafhankelijk zijn en vanuit zijn professie handelen. Zoiets gaat toch makkelijker als je er niet als familielid in zit. De basis van mijn rol is finance, maar ik ben door mijn neutrale positie ook echt een sparringpartner en vertrouwenspartner van de familie. Als ik iets zeg, word daar vaak wel naar geluisterd. Veelgehoorde kritiek is dat financials veel meebuigen, onvoldoende een rechte rug hebben. Dat vind ik kwalijk. Als CFO moet je echt standvastig zijn, je bent het financiële geweten van de organisatie.”Overigens betekent de waarheid spreken niet per se ‘nee’ zeggen. Sterker nog. “Ik zet de voet bij voorkeur op het gaspedaal. Niet te veel op het rempedaal, soms natuurlijk, alleen als dat echt moet. Finance moet het bedrijven enablen om te groeien binnen de grenzen die verantwoord zijn. Dat is het belangrijkste.”Veldman maakt veel kilometers omdat hij de business- en project control van alle zes de dochterbedrijven in Aalsmeer, Makkum, Moordrecht, Haarlem, Leiden en Heiloo persoonlijk monitort. “Ik laat bij ieder bedrijf minstens één keer in de maand mijn gezicht zien. Je moet weten wat er speelt op de werkvloer. Wel is de externe rol van de CFO precair. “Ik heb natuurlijk wel contact met onze accountant, de verzekeraars, de leveranciers en de belastingdienst. Maar op het moment dat het schip te water gaat, staat de familie aan de kade in de publiciteit. Daar moet je wel tegen kunnen. Maar gelukkig heb ik niet zo de drang om heel erg op de voorgrond te staan.”